x
Gebruikte kleding terug in rekken van modezaak..
2012 © P+ magazine
x
Modewinkels die hun eigen tweede-handjes nog een keer verkopen. M&S deed het al, maar ook Didi en Claudia Sträter. Een ethisch label als RE-5 bouwt er zelfs het businessmodel op, door korting niet bij aankoop, maar bij inleveren van kledingstukken te geven. Journaliste Lynsey Dubbeld signaleert deze trend in haar boek ‘Mode voor morgen. Duurzame kleding in Nederland’.
Maar heel hard loopt deze vorm van circulaire economie nog niet, geeft ze toe. “Voor refurbishment, het verkopen van tweedehands items in de eigen winkels, bestaat in de retailbranche nog een huiver. De angst is dat het goedkope tweedehands kannibaliseert op de verkoop van nieuwe collecties.”
Toch wist ze een aantal opmerkelijke initiatieven op dit terrein te verzamelen. Dubbeld ziet de schoenenbranche als een goed voorbeeld: “Zo promoot een groeiend aantal Nederlandse winkels het inleveren van oude schoenen om goede doelen te steunen. Aan ‘Goed Doen Met Je Oude Schoen’, een initiatief van Scapino om Kika te steunen, doen inmiddels ook ketens zoals Dolcis, Manfield en PRO mee. Voor elk ingeleverd paar schoenen, schenkt de winkel € 0,20 cent aan Kika.”
In de moderetailsector bestaat nog geen evenknie van deze jaarlijkse campagne. Incidentele campagnes vinden plaats bij bijvoorbeeld bij Didi en Claudia Sträter. Claudia Sträter organiseerde in 2012 een actie, waarbij klanten worden opgeroepen om oude items van het merk terug te brengen naar de winkel. De ingeleverde stukken worden verkocht in een tijdelijke vintage store in de Amsterdamse vestiging van Claudia Sträter. De opbrengsten daarvan doneert het bedrijf aan Dress for Success, een vrijwilligersorganisatie die werkzoekenden helpt aan een representatieve outfit voor een sollicitatie.
Nederlandse ecofashion labels schrikken er minder voor terug om recycling tot basisprincipe van de bedrijfsvoering te maken. Onder het motto ‘Recycle, Repair, Re-use’ maakt het jeansmerk ‘Kings of Indigo‘ nieuwe collecties van items die klanten na gebruik weer inleveren. Klanten kunnen bovendien gratis een reparatiesetje aanvragen waarmee ze kapotte jeans een langer leven gunnen – zodat er pas tot recycling wordt overgegaan als een kledingstuk echt afgedragen is.
Het duurzame label RE-5 geeft klanten om die reden pas korting bij nieuwe aankopen. “Wij geven consumenten bewust geen korting vooraf, maar achteraf, zodat inzameling wordt gestimuleerd”, zegt oprichter Hein Voss. Als jong bedrijf gaan er bij recycling via RE-5 nog geen duizenden kilo’s textiel om. Toch beschouwt Voss zijn werkwijze als een noodzaak.
“Ik geloof gewoon niet dat we en masse gaan consuminderen. Dus moeten modebedrijven ook iets aan de achterkant doen. De levensduur van kleding is tegenwoordig heel kort en tweederde van het afgedankte textiel komt bij het huisvuil terecht. Vooral als textiel zo vervuild is als bij de conventionele katoen, vervuil je de wereld zo nog erger,” aldus de journaliste.
De inzamelingsbranche en met name KICI is tegelijkertijd aan een revolutie in de bedrijfstak begonnen. Ook daar schenkt Dubbeld in haar boek aandacht aan: “In de Nederlandse winkels van C&A en We Fashion verschenen in 2012 inzamelpunten voor tweedehands kleding. Door inzamelcontainers dicht bij het aankooppunt voor nieuwe kleding te plaatsen, wordt het voor consumenten makkelijker om te recyclen, is de gedachte. De Britse keten Marks & Spencer, die volgens de Nederlandse CEO de ambitie heeft om het duurzaamste warenhuis ter wereld te worden, spreekt ook van een revolutie in winkelen. Consumenten zijn door hun bijdrage aan de cyclus van textielrecyling niet simpelweg shoppers, maar ‘shwoppers’, aldus M&S, dat in het najaar van 2012 het eerste kledingitem van eigenhandig ingezameld textiel in de winkel verkocht.”
x