*
*
Gaan de goede buitenaardsen ons redden?
Naar aanleiding van – zo op het oog – spectaculaire onthullingen van een Amerikaanse klokkenluider spreekt Niels Lunsing met lucht- en ruimtevaarttechnoloog Coen Vermeeren over de bemoeienis van buitenaardsen met de gang van zaken op onze planeet. Het interview begint ermee dat Coen de geloofwaardigheid van deze klokkenluider (HIER) in twijfel trekt. Het verhaal kan, aldus Vermeeren, deel uitmaken van de mentale voorbereiding op de geplande fake alien invasion (een psyop), waarover Wernher von Braun op zijn sterfbed al onthullingen (YT HIER) deed. Kijk hier maar eens eerst naar deze YouTube met de verklaring van Dr. Carol Rosin, oud-medewerker van NASA en collega van Von Braun:
Vervolgens ontvouwt Coen Vermeeren zijn visie op de rol die buitenaardsen hebben gespeeld in de geschiedenis van de mensheid. Ook nu nog vindt er achter de schermen sturing plaats door minder aangename buitenaardse krachten, aldus Vermeeren. Een belangrijk gevolg daarvan is dat buitenaardse technologie, die van enorm belang zou kunnen zijn voor de oplossing van dringende aardse problemen, buiten ons bereik blijft. Denk aan voortstuwing met behulp van anti-zwaartekracht en aan het benutten van nulpuntenergie.
Vernauwde tijdlijnen
Het is een compact, boeiend en overtuigend exposé dat Vermeeren hier geeft. Tot het punt waarop Niels Lunsing de vraag stelt of ‘positieve’ buitenaardsen ons te hulp kunnen schieten. In principe niet, antwoordt Vermeeren, want dit druist in tegen een kosmische hoofdwet. Echter…. de tijdlijnen zijn momenteel dermate bijzonder (zij vernauwen zich) dat op deze kosmische hoofdwet een uitzondering mag worden gemaakt (vanaf 41:55 in de video met Niels Lunsink). En hier is Vermeeren mij kwijt.
Want ik vind dit een hoogst merkwaardige redenering. Dat is nog tot daaraan toe; veel vervelender is dat zij bijdraagt aan het wachten op redding van buitenaf. Dat afwachten werkt verlammend. Het inactiveert ons. Er doen zoveel oncontroleerbare verhalen over de Galactische Federatie de ronde dat ik mij onderhand afvraag of die verhalen niet juist de psyop zijn.
Daarmee beweer ik niet dat deze Federatie niet zou bestaan. Dat is goed mogelijk. Maar het grote probleem is dit ‘wachten op Godot (HIER)‘. Op de Deus ex Ufo… Daar moeten we niet in meegaan. Wij zijn onze eigen redders. Deze kritische noot laat onverlet dat dit een belangwekkend interview is. Het bevat veel stof voor overdenking, uitwisseling van gedachten en verdiepende studie. (WantToKnow: ‘Met dank aan zowel Fred Teunissen (auteur van dit artikel), als wel aan dr.ir. Coen Vermeeren en Niels Lunsink’)
Kan ik kort over zijn aliens zijn reeds op aarde en bereiden hun agenda voor, ze bevinden zich o.a. in de Deep Underground Military Bases, William Cooper heeft een boek geschreven genaamd Behold A Pale Horse.
Behold a Pale Horse
https://stopthecrime.net/docs/William_Cooper-Behold_a_Pale_Horse1991.pdf
Het is ook in dat ‘spirituele’ channelings-wereldje nogal een puinhoop……en zéker voor een leek. Doodmoe kun je worden van het wollige gezever over naar binnen gaan en aan zelfreflectie doen. Als je daar geen ervaring mee hebt onder invloed van deskundige begeleiding, is er geen touw vast te knopen aan die psychoblabla .
Harriët Algra is hier in verhouding goed in……en die volg ik zelf met grote ik interesse…….met al mijn ervaring in het geven van cursussen inzake het ontwikkelen van je lichtlichaam. In haar stukken herken ik mezelf.
Die Galactische Federatie bestaat. Heb daar contact mee, en net als Algra krijg ik géén antwoorden over data van gebeurtenissen.
Het zou ook alleen maar ook paniek veroorzaken. Ik ben nog altijd indachtig aan die mensen die in grotten weg kropen omdat de wereld zou vergaan met die millennium wisseling.
Mensen zijn wonderlijke wezens ja….en niets is wat het lijkt. Dat is mij inmiddels goed duidelijk……en áls de sluiers vallen zal ik daar met grote verwondering naar kijken.
Tot dan wacht ik af. Help ik waar nodig op mijn pad. Gebruik ik mijn gaven, en ben ik in verhouding volgens de begrippen in deze dimensie maar een klein spelertje op het veld.
Zo’n kaarsvlammetje wat een hoop duisternis doet wijken.