X
X
Het mysterieuze boek van Henoch
2021 © Hugo van der Zee | deze versie WantToKnow.nl/be
x
Het ‘boek van Henoch’ is een oud geschrift, het maakt deel uit van de oud-Israëlitische literatuur en het heeft invloed gehad op alle ‘abrahams religies’ (christendom, jodendom, islam). De hoofdpersoon van het boek is Henoch, een nakomeling van Adam en Eva (zeven generaties) en de voorvader van Noach (vier generaties). Het boek vertelt over gevallen engelen en een ras van reuzen die chaos veroorzaken en de mensheid onderdrukken, totdat aartsengelen ingrijpen en hen verstoten. De mens Henoch wordt nu een bemiddelaar tussen de gevallen engelen en de godenwereld, en maakt zelf een inwijdingsweg door.
Onder begeleiding van aartsengelen daalt Henoch af naar Tartaros, de hel waar de gevallen engelen worden vastgehouden. Na de hel bezoekt Henoch de hemel, alwaar hij een voor hem onbekend persoon ontmoet die de ‘mensenzoon’ wordt genoemd. Henoch wordt verteld dat het de messias is die in de toekomst de mensheid zal verlossen. Henoch was oorspronkelijk een belangrijk boek binnen de joodse religie, maar na Christus werd het afgewezen door de rabbijnen.
Er waren strenge regels en zelfs straffen voor degenen die het boek in bezit hadden. In de eerste eeuwen van het christendom was het een veel gelezen en besproken boek. Meerdere bijbelboeken refereren aan het boek van Henoch waaronder Genesis, Deuteronomium, Jozua, Samuel, Kronieken, Isaia, Daniël, de eerste brief van Petrus, de (zend) brief van Judas, en ook veel apocriefe geschriften. De eerste kerkvaders, waaronder Origenes, Athanasius, en Tertulianus, achtten het een belangrijk boek.
Tertulianus schreef een tekst (HIER) waarin hij de afwijzing van het boek van Henoch door de rabbijnen veroordeelde, en benadrukte dat Henoch een belangrijk geschrift was dat niet verborgen gehouden zou mogen worden. Toch zou de Roomse kerk het boek van Henoch twee eeuwen later ook verwerpen. Het boek raakte in de vergetelheid, net als veel andere afgewezen (apocriefe) geschriften. Het boek van Henoch werd als verloren geacht totdat de Schotse ontdekkingsreiziger James Bruce in 1773 een compleet exemplaar vond in Abessinië (nu Ethiopië).
Het boek was geschreven in het Ge’ez (een semitische taal die in Ethiopië gesproken werd) en werd pas in 1821 vertaald naar het Engels. Het boek van Henoch bleek altijd onderdeel te zijn geweest van de christelijke geloofsovertuiging in Abessinië. (HIER) Er zijn meerdere relaties tussen Abessinië en het Joodse volk. De ‘ark des verbonds’ zou er verborgen zijn geweest, en dit was een van de redenen dat de tempeliers het land hebben bezocht en er meerdere kerken hebben gebouwd (waarvan enkele nog steeds bestaan).
De oorsprong van de relatie zou teruggaan tot een periode van geloofsverval in Israël. Het joodse volk zou wrede afgoden als Baäl en Moloch hebben aangehangen. In het bijbelboek Koningen (21:16) wordt gezegd dat er ‘zoveel onschuldig bloed vergoten werd dat het geheel Jeruzalem vulde’. De religieuze leiders die trouw waren gebleven aan het joodse geloof vluchtten en vonden onderdak in Abessinië, en zouden de ark en geschriften hebben meegenomen om
deze veilig te stellen.
DodeZee-rollen
Onder de vele ‘dode zee rollen’ die in 1947 in Qumran in Syrië werden gevonden bleken ook delen van het boek van Henoch te zijn. Dit bevestigde de authenticiteit van het boek dat gevonden was in Ethiopië. Er is ook sprake van dat er er bij de dode zee rollen een volledig exemplaar is gevonden dat in het Aramees is geschreven. (HIER) Het zou echter in privébezit zijn en nooit zijn gepubliceerd. John Strugnell, de archeoloog die de onderzoeken naar de DodeZee-rollen leidde, zei dat hij het Aramese boek heeft gezien maar de eigenaar niet had kunnen overtuigen het te verkopen.
Gerald Harding, een archeoloog die eveneens een belangrijke rol had bij het onderzoek naar de dode zeerollen heeft bevestigd dat het boek in privébezit was en bevestigde ook dat hij het boek heeft gezien. Zoals met alle oude geschriften het geval is is van het boek van Henoch moeilijk vast te stellen wanneer en door wie het geschreven is.
Wat met zekerheid te zeggen valt, is dat het veel ouder is dan het nieuwe testament. Het dateert op zijn minst uit de derde eeuw v Chr, en er wordt zelfs beweerd dat het het oudste geschrift ter wereld is. Kerkvader Tertulianus was van mening dat het boek van Henoch zelfs voor de zondvloed geschreven is. De mensen die hier aan twijfelden zouden moeten beseffen, aldus Tertulianus, dat Noach (de achterkleinzoon van Henoch) de zondvloed had overleefd.
En wanneer je daar van uitgaat (wat veel christenen doen) dan is het niet ondenkbaar dat hij het boek van Henoch heeft meegenomen. De wetenschap en theologie nemen dit niet zeer serieus. Men is het er wel over eens dat het boek van Henoch grote invloed heeft gehad op de schrijvers van het Nieuwe Testament. Het is opmerkelijk dat een boek dat zo belangrijk is geweest voor het christendom tussen de vierde en negentiende eeuw onbekend was.
Om deze reden is het boek in de geschiedenis van het christendom niet veel bestudeerd en besproken. Het is bijvoorbeeld niet door de scholasten en theologen in de middeleeuwen en renaissance behandeld. Na de vertaling in 1821 was er vanuit de kerken nog steeds weinig interesse, en zelfs wantrouwen ten opzichte het boek, iets wat tot de dag van vandaag het geval is.
Om hier wat licht op te kunnen werpen zal een korte samenvatting van het boek van Henoch volgen, iets wat geen makkelijk opgave is want het boek bevat zeer veel gebeurtenissen. De gebeurtenis die alles in gang zet is dat in een zeer oude tijd tweehonderd gevallen engelen, ook wel ‘de wachters’ genoemd, besluiten naar de aarde af te dalen. Ieder van hen neemt een sterfelijke vrouw en hier ontstaat een een ras van reuzen uit. Het nageslacht van deze reuzen zijn de Nephilim (deze worden ook beschreven in de bijbel, Genesis).
De wachters en hun nageslacht gaven de mens ‘geheime kennis’. Ze leerden de mensen het maken van gereedschap, maar ook van wapens, van geldstukken, van spiegels en sieraden. Dit veroorzaakte degeneratie en oorlogen onder de hele mensheid. De reuzen en de Nephilim richtten zich niet alleen op de mens, ze zondigden ook tegen elkaar, tegen de natuur, en tegen de dieren en de planten. Zij namen de hele aarde in hun morele val mee. Het gaat hier dus om een zondeval.
Veel oude culturen en religies kennen verhalen waar goden of engelen naar de mensen afdalen en kinderen bij de sterfelijke vrouwen verwekken, die dan de leiders van de mensheid worden. Deze leiders onderwijzen de mensen, maar zijn ook de oorzaak van onrust en catastrofes. Het is te vinden in de Griekse mythologie, denk bijvoorbeeld aan Prometheus of de Titanen, en ook de sumerische ‘Annunaki’ is een dergelijk reuzen ras. Binnen het manicheïsme, een christelijke (gnostische) stroming is een ras van reuzen ook een belangrijk thema.
De REUZEN en het boek…
Rond 1900 vonden Duitse onderzoekers fragmenten van een manuscript in een oud manicheeër klooster in China. Het manuscript staat nu bekend als ‘Het boek van de reuzen’ en is grotendeels een navertelling van Henoch. Het boek van de reuzen werd in zijn geheel teruggevonden bij de DodeZee-rollen in Qumran. De manicheeërs waren beïnvloed door het hermetisme. In het geschrift ‘hermetica’, wat eveneens een zeer oud ‘pre-christelijk’ geschrift is, vindt een gesprek plaats tussen Hermes Trismegistos (de grondlegger van het Hermetisme) en Asklepios, de god die met de geneeskunst in verband staat.
Het boek is een profetie waarin Hermes aan Asklepios vertelt dat Egypte in de toekomst in verval zal raken. Hermes vertelt hoe gevallen engelen zich met de mensen zullen mengen en er grote catastrofes zullen volgen. Het prachtige Egypte zal een verdord land worden, waar ‘alleen de stenen nog van de goden zullen spreken’. Terug naar het verhaal van het boek van Henoch. Op een gegeven moment is het verval zo groot dat de godenwereld besluit dat er ingegrepen moet worden. De goden verzoeken de mens Henoch als boodschapper te dienen om de gevallen engelen te benaderen.
Henoch staat bij de goden en bij de mensen bekend als een rechtvaardig mens, en hij is tevens een schrijver. In een visioen krijgt Henoch te horen wat hij de wachters moet mededelen. Het is een strenge boodschap, waarin wordt gezegd dat zij verbannen zullen worden vanwege het onrecht, het kwaad en de zonden die zij hebben begaan. Ze zullen rust noch genade krijgen.
De wachters zijn zeer geschokt wanneer zij de boodschap ontvangen.
Ze besluiten een verzoekschrift te schrijven waarin zij om gratie smeken. Henoch wordt door de wachters gevraagd het verzoekschrift bij de goden in te dienen, wat hij accepteert. Wederom speelt zich dit af in een visioen. Het antwoord van de goden is niet mals. Het antwoord begint met de opmerking dat de wachters waren voorbestemd om als bemiddelaars tussen de mensen en de goden op te treden, en dat het nooit de bedoeling was geweest dat nu een mens (Henoch)
tussen de goden en de (gevallen) engelen zou moeten bemiddelen.
De engelen wordt verweten dat zij zijn afgedaald terwijl zij nog niet klaar waren met hun onderwijs. De echte grote geheimen hadden zij nog niet geleerd. De kennis en de geheimen die zij meegenomen hadden, waren waardeloos, omdat het onderwijs niet afgerond was. Gedreven door bloed en begeerte waren de engelen afgedaald, en hierdoor hadden zij reuzen gewekt, niet van geest, zoals de bedoeling was, maar van vlees. Ze hadden voor zichzelf een (aards) koninkrijk gesticht, waarin zij handelden alsof zij goden waren.
Door deze zonde zullen zij aan de aarde gebonden moeten blijven, niet in fysieke lichamen, en ook niet als volwaardige geestelijke wezens. De plek waar zij moeten verblijven is Tartaros, de onderwereld. Deze plek wordt aan Henoch beschreven als een brandende vallei. Hier zullen de wachters het onrecht dat zij en hun nageslacht begaan hebben moeten doormaken, tot de dag-des-oordeels komt. De wachters zullen door de mensen niet waarneembaar met de ogen zijn, maar zullen de oorzaak zijn van chaos en leed. Door de mensen zullen ze ‘kwade geesten’ genoemd worden.
Bij het horen van dit oordeel ontstaken de wachters in verontwaardiging en woede. Henoch ontvangt boekrollen vol petities, maar het oordeel staat vast. De aartsengelen Michaël, Rafaël, Gabriël en Uriël trekken ten strijde tegen de wachters, die overwonnen worden, en naar Tartaros worden verbannen. Henoch krijgt nu een rondleiding in de onderwereld en de hemel. De rondleiding is een kennissen inwijdingsweg.
De aartsengel Uriël..
De gids van Henoch is de aartsengel Uriël. Op bepaalde momenten ontmoet hij ook andere aartsengelen. De naam Uriël is hebreeuws voor ‘God is mijn licht’. Uriël wordt vaak afgebeeld met een vlam in de handpalm, en vaak ook met een boek of een zwaard in de hand. Uriël, staat in verband met de zon en de sterren. In het oude testament staat dat Uriël ten Oosten van God zijn plaats heeft, de plaats waar de zon opkomt. Het boek van Henoch vertelt dat hij 365 jaar oud wordt.
Dit is natuurlijk de tijd van een zonnejaar, de tijd dat de aarde om de zon draait. UIt de leeftijd van Henoch spreekt dus een verband met de aarde en de zon.
(links: Uriël, rechts: Henoch) Onder begeleiding van Uriël daalt Henoch af in Tartaros, de brandende vallei. Hij ziet daar rivieren van gesmolten metaal, en er is een geur van zwavel. Vanuit de diepte komen ook rivieren van water, die zich met de rivieren van brandend metaal mengen. Daarbij ontstaan kokende stromingen, en het is in dit water waar de gevallen engelen zich bevinden.
De aartsengel Michaël legt uit dat dit de bestraffing is, maar tevens de genezing van ziel en geest. Niet alleen de engelen, ook het water zal hierdoor een verandering doormaken. Het zal ijskoud worden, en verder stromen, naar de grote duisternis. Na het bezoek aan de onderwereld volgt een reis naar de hemel. Deze wordt beschreven als de woning van de rechtvaardigen en de rustplaats van de heiligen. Gerechtigheid stroomt als water, en genade valt als dauw.
Mensenzielen en heerscharen leven in wijsheid en heerlijkheid.
Henoch voelt dat dit de plaats is waar hij wil zijn, het is zijn bestemming. Het is nu dat de vier aartsengelen zich aan hem bekend maken. Ze vertellen wie zij zijn en wat hun taak is. Henoch wordt ingewijd in aardse en kosmische kennis. Hij leert de geheimen van de bliksem en donder, van de wind en de wolken, van de bergen, van de zeeën en rivieren, van de plantenwereld, en van de kosmos. Met name de uitleg over de kosmos is zeer uitgebreid.
Hij leert over de standen van de sterren, van de banen van de planeten, de zon en de maan. Het is opvallend hoe wetenschappelijk accuraat sommige beschrijvingen zijn. Henoch wordt bijvoorbeeld verteld hoe de zon de maan belicht, en hoe het afnemen en toenemen van de maan afhankelijk is van de baan die ze beschrijft. Een dergelijke uitleg in een oud geschrift is zeer opmerkelijk. De meeste beschrijvingen komen niet zo direct overeen met de huidige
natuurwetenschap, maar je kunt er wel iets bij aanvoelen.
Zo wordt over de baan van de maan ook verteld dat het ‘voor de rechtvaardige een licht is’, maar ‘voor de zondaar duisternis’. Op een gegeven moment ziet Henoch een mens in gesprek met God. Nu kende Henoch alle mensen, maar deze mens had hij nooit ontmoet. De mens heeft een gezicht van genade. Henoch is onder de indruk, en vraagt wie deze mens is. Uriël zegt hem dat hij de naam niet kan openbaren, maar vertelt dat het de ‘mensenzoon’ is, ook bekend als de rechtvaardige, die ooit alle geheimen zal onthullen.
Hij is ook de verlosser, die in de eindtijd zal opstaan, de valse goden van hun troon stoten, een rijk van vrede zal stichten en tot in de lengte van dagen bij de mensen zal blijven. Voordat dit gaat gebeuren zal eerst een grote catastrofe volgen (de zondvloed), en daarna zal een nog groter onrecht plaatsvinden (hier wordt waarschijnlijk de christus moord bedoeld).
Alles wat Henoch leert schrijft hij op.
Dit is ook zeer opvallend in het boek van Henoch, dat Henoch bij zijn waarneming alles direct opschrijft. Henoch wordt in latere geschriften genoemd als de uitvinder van het schrift (bijvoorbeeld in het boek Jubileeën 4:17). Het is aannemelijk dat het om een schrijven of ‘vastleggen’ ging dat niet met materiële middelen gebeurde. De kennis kwam tot Henoch immers gedurende visioenen. De meeste oude geschriften werden oorspronkelijk doorgegeven door mondelinge overlevering, en pas in een latere periode in (materieel) schrift vastgelegd. Het is dus aannemelijk dat het boek van Henoch als geestelijk schrift ontstaan is.
Het schrijven met materiële middelen wordt in het boek van Henoch overigens als een zonde aangemerkt. Eén van de zonden die de wachters hadden begaan was dat door hun wetenschap de mensen hun ‘geloof begonnen te bevestigen met pen en inkt’. Wat het boek van Henoch bijzonder maakt is dat het niet gebiedend is, het is geen dictaat, maar een gesprek. De basis van dit gesprek is de vraag. Zo vragen de aartsengelen Henoch om de boodschap aan de wachters over te dragen, en de wachters vragen Henoch hun gratieverzoek over te brengen.
Gedurende het bezoek aan de hel en de hemel stelt Henoch regelmatig vragen. Vaak krijgt hij de wedervraag van de aartsengelen; waarom wil je dit weten? waarom vraag je dit? Waarop Henoch dan antwoordt, en de uitleg van de aartsengelen verder gaat. Het bouwen van de ark, en de redding van de dieren en de rechtvaardige mensen begint ook met een vraag. Wanneer Henoch wordt verteld over de komende catastrofe die de wachters en de mensheid zal wegvagen, dan smeekt hij de goden om de rechtvaardige mensen te sparen.
Henochs verzoek wordt verhoord.
De zuivere mensen (en de dieren) zullen gered worden, maar hier is zijn medewerking voor nodig. Wat hij heeft geleerd en vastgelegd heeft moet hij aan zijn zoon Methusalem onderwijzen, die deze kennis weer aan zijn kinderen moet overdragen. Methusalem zou 969 jaar leven, de langst levende mens in de bijbel. De kleinzoon van Methusalem, Lawech, net als zijn voorouders een rechtvaardig mens, wordt onderwezen in de geheimen. De vrouw van Lawech baart een kind dat wit haar heeft en lichte ogen. Lawech is geschrokken, want het kind lijkt niet op zijn ouders, maar meer op de wachters, die ook wit haar en lichte ogen hadden.
Lawech gaat te rade bij zijn grootvader Methusalem. Deze kan geen antwoord geven, en reist af naar zijn overgrootvader (Henoch). Het antwoord van Henoch
is wederom in de vorm van een geschrift, en staat in het boek als ‘de brief aan Methusalem’. In de brief staat dat hij gerust kan zijn, dat het het kind van Lawech is, en dat het de naam Noach zal dragen. De brief vertelt ook dat Noach een belangrijke rol zal spelen in de redding van de wereld…
De brief stelt Lawech gerust, en hij voedt Noach op zoals hij zelf ook onderwezen is. Noach wordt net als zijn vader en grootvader ingewijd in de kennis over de wereld. Wanneer hij volwassen is openbaart de aartsengel Uriël zich aan hem (door de Allerhoogste gestuurd) die hem meedeelt dat dat de hele aarde vernietigd zal worden door een grote overstroming. Hij zal moeten leren te kunnen overleven, zodat hij en zijn nakomelingen de toekomst van de mensheid kunnen veiligstellen.
Met hulp van engelen bouwt Noach de ark.
Op een dag merkt hij op dat de aarde kantelt, en begrijpt dat de verwoesting nabij is. Met zijn familie en alle dieren gaat Noach, zoals in Genesis beschreven, in de ark en overleeft zo de zondvloed. De zondvloed vaagt de corrupte mensheid weg, en wist ook de herinnering aan de strijd tegen de gevallen engelen en reuzen uit. De oude tijd dooft voor de mensheid als een vergeten droom. De kennis is echter niet verloren. Noach, de vader van de nieuwe mensheid, geeft de kennis door die hij ontvangen heeft.
De nieuwe wereld wordt niet gedomineerd door reuzen, maar ze zijn er nog wel. Zo zijn er de Rephaim, waar het oude testament over spreekt. Een van de laatste reuzen (Goliath) wordt door David verslagen. De reuzen en gevallen engelen blijven echter een gevaar voor de mensheid als ‘kwade geesten’, zoals het boek Henoch voorspelt. Ook het oude testament waarschuwt herhaaldelijk voor de invloed voor deze kwade geesten. Een deel van het joodse volk laat zich echter door deze geesten verleiden, en hieruit volgt de verbanning naar Babylon, zoals in handelingen 7:43 beschreven:
“U heeft de tent van Moloch meegedragen en de ster van uw god Remfan, de afbeeldingen die u gemaakt hebt om ze te aanbidden. Ik zal u daarom wegvoeren, verder dan Babylon.”
Een deel van het boek van Henoch zijn profetieën voor een verre toekomst. Zoals dit bij de meeste profetieën het geval is, zijn deze beschreven in beeldende taal. In Henoch worden veel dieren gebruikt. De profetieën in Henoch doen in veel opzichten denken aan het bijbelboek de Apocalypse (evangelie van Johannes). Het is bijzonder dat het boek van Henoch, dat ouder is dan de Apocalypse, zo goed leesbaar is. Het is ook opmerkelijk dat het boek van Henoch, waar in duidelijke taal, en met passie, over de messias wordt gesproken, door de kerk is verworpen..!
Het is niet het enige geschrift dat dit lot heeft ondergaan.
Er zijn meerdere (apocriefe) geschriften waarin over de Messias wordt gesproken en die door de kerk zijn verworpen. Dit is zeer bepalend geweest voor de ontwikkeling van het christelijk geloof. Het boek Henoch neemt een unieke plaats in omdat er zo veel geschriften (waaronder de bijbel) naar verwijzen. Wat het boek van Henoch ook uniek maakt is dat het naast het oude testament het enige pre-christelijke geschrift is dat de Messias (in duidelijke bewoordingen) beschrijft, en deze Messias onmiskenbaar de Messias is van het nieuwe testament.
Dit is waarschijnlijk de reden waarom het boek van Henoch, dat oorspronkelijk een belangrijke plaats had in de joodse geloofsovertuiging, door de rabbijnen in de tijd na Christus radicaal werd afgewezen. De Messias in het boek van Henoch kwam te sterk overeen met de Messias uit het nieuwe testament, degene die zij verwierpen. In het boek van Henoch waarschuwt de schrijver er expliciet voor dat het boek niet aangepast dient te worden. Henoch schrijft dat wanneer zijn geschriften getrouw worden vertaald het een bron van waarheid, wijsheid en vreugde zal zijn, maar hij voorspelt ook dat er goddelozen zullen zijn die de geschriften zullen ‘veranderen en vervormen’, met ‘weglatingen en grote verzinsels’.
De voorspelling blijkt uit te zijn gekomen..!
Binnen de rabbijnse priesterklasse werden twee nieuwe boeken van Henoch geschreven. Deze zijn bekend onder de namen Henoch 2 (uit tweede eeuw n Chr) en Henoch 3, die tussen de tweede en vijfde eeuw is geschreven. Deze twee latere boeken verschillen sterk van de oorspronkelijke Henoch. In de latere versies is er geen sprake van de mensenzoon en verlosser. Er is ook geen opstanding, maar er is wel sprake van een hoog goddelijke wezen. Dit wezen heeft de naam ‘Metatron’, en is een transformatie van Henoch zelf.
Metatron komt niet voor in het nieuwe testament en ook niet in de Joodse bijbel (de tenach), maar wel in latere joodse geschriften (periode na Christus) zoals de talmoed en de zohar. Er zijn parallellen tussen Metatron en Jezus. Metatron wordt beschreven als de ‘koning der engelen’, en de ‘prins van de wereld’. De plaats van Metatron is naast de troon van God, net zoals de Bijbel vertelt dat Jezus aan de rechterhand van de Vader zit. Naast de overeenkomsten zijn er ook duidelijke tegenstellingen.
Het eerste boek van Henoch spreekt (net als in de bijbel) over de Messias als ‘de God die afdaalt naar de mens’, terwijl in Henoch 2 en 3 wordt gesproken over ‘een mens die God wordt’ (Henoch-Metatron). Volgens Rudolf Steiner is dit de essentie van de legende van Ahasverus, de ‘wandelende jood’. De legende vertelt over Jezus die op zijn weg naar Golgotha bij het huis van een jood aanklopt en vraagt of hij even mag rusten. De jood weigert dit, waarop hij ertoe werd veroordeeld om tot de dag des oordeels rusteloos over de wereld te zwerven.
Volgens Rudolf Steiner heeft deze legende een diepere geestelijke betekenis. Hij schreef dat Ahasverus een tegenpool van Christus is. Waar Christus de ‘God is die mens werd’, is de Ahasverus de ‘mens die God wordt’. De Ahasverus verlaat de fysieke wereld om God te worden, maar doet dit op een oneigenlijke manier. Daarom kan het niet echt opstijgen naar de geestelijke wereld, en is gedoemd om rond de aarde en langs de volken te zwerven.
Een ander zeer opvallend contrast tussen de eerste en latere Henoch’s is dat waar bij de eerste Henoch de aandacht ligt op openbaring, daar ligt bij Henoch 2 en 3 nadruk op geheimhouding. Metatron wordt in de latere Henochs ook beschreven als de ‘engel van de sluier’. De kennis van de latere Henochs dient niet tot openbaring aan de hele mensheid, maar wordt overgedragen aan een priesterklasse die deze streng beheert. In het nieuwe testament bekritiseert Jezus dit gedrag:
“Jullie versperren de mensen de toegang tot het koninkrijk van de hemel. Jullie gaan er zelf niet naar binnen, maar laten ook degenen die er willen binnengaan niet toe.”
Wanneer je het oorspronkelijke boek van Henoch leest dan geeft dit de indruk dat de schrijver er zorg aan heeft besteed om de gebeurtenissen zo levend en duidelijk mogelijk over te brengen. De boeken henoch 2 en 3 daarentegen zijn complexer en cryptischer. Discussies en studies over Henoch (die al schaars zijn) hebben vaak betrekking op alle drie boeken, en dit heeft het algemene beeld van het boek van Henoch beïnvloed.
Het komt vaker voor dat oude teksten zijn herschreven en dat daarmee ook de discussie is veranderd. Zo spreken de bijbelboeken Ezequiel en Isaia over de ‘Merkaba’, beschreven als ‘de troon van God’, en ook als een ‘wagen met gevleugelde wielen’, waar ‘elk wiel een wezen is’. Het zijn bijzondere teksten en je kunt aanvoelen dat hier diepe geheimen en wijsheden uit spreken. De meeste teksten en studies die hierover te vinden zijn, zijn echter gebaseerd op latere geschriften die deel uitmaken van de merkaba mystiek en de kabbala.
De complexiteit van deze geschriften maakt het moeilijk er vat op te krijgen. De geschriften bevatten vele symbolen, begrippen, woorden en getallen waarvan de combinaties geheimen zouden bevatten. Wat van de geschriften wordt gezegd is dat je er niet over kunt oordelen als je ze niet goed kent en begrijpt. Dit geldt natuurlijk in zijn algemeenheid voor esoterische en religieuze teksten, maar waar de oorspronkelijke geschriften het gevoel geven dat er een harmonie uit spreekt, daar gaat van de kabbalistische teksten een zekere onrust uit.
De westerse esoterie is sterk beïnvloed door deze geschriften. De vrijmetselarij is gerelateerd aan de kabbala, en ook de new age beweging baseert zich sterk op de kabbalistiek en de latere Henochs. Je komt in de new age literatuur Metatron vaak tegen als hoogste engel en helper van de mens. Zowel bij de vrijmetselarij als in de new age bewegingen spreekt men van Christus, maar niet als de mensenzoon, en hij heeft niet de centrale rol zoals die in het Boek van Henoch en de bijbel is beschreven.
Nu kun je niet alle esoterische bewegingen over een kam scheren.
Veel van deze bewegingen zijn ontstaan als antwoord op de kerkelijke instituten, waarvan men zegt dat het verouderde structuren zijn waar weinig spiritualiteit te vinden is. Dit is geen onterechte kritiek, een feit is wel dat de kabbalistiek een uitgangspunt is voor veel esoterische bewegingen. (links: Ezequiel, Merkaba en Tetramorph, rechts: Metatron) Je zou kunnen denken dat het hier om theologische en esoterische discussies gaat die in de moderne maatschappij weinig invloed zouden hebben.
Toch laten boeken als ‘Sluiproutes van de macht’ van Jules van Rooyen zien dat esoterische bewegingen, zoals de vrijmetselarij, grote maatschappelijke invloed hebben en dat esoterische kennis een fundamentele rol speelt. Wanneer je de huidige wereldgebeurtenissen onderzoekt dan wordt het al snel duidelijk dat de
motieven verder gaan dan geld en macht. Het zijn slechts middelen, de echte drijfveer is ideologisch. De plannen van organisaties als het World Economic Forum (WEF) houden dit niet eens meer verborgen.
Het toekomstbeeld dat ons wordt voorgeschoteld als de enige mogelijke weg is huiveringwekkend. Zelfs als je de apocalyptische geschriften niet serieus wilt nemen dan moet je nog wel in kunnen zien dat de mensheid een zeer duistere periode doormaakt. De corona crisis is een stap in een ontwikkeling die al lang aan de gang is. De vrijheid en autonomie van de mensen wordt steeds meer beperkt, lokale ecosystemen en culturen worden vernietigd, conflicten worden aangewakkerd en op allerlei manieren worden de mensen verdeeld en geknecht.
De technologie heeft de maatschappij geleidelijk aan onmenselijk gemaakt, met verregaande automatisering, kunstmatige intelligentie, alomtegenwoordige straling en een reductionistische medische industrie. De technologische wetenschap is het nieuwe altaar en de ‘experts’ vormen de nieuwe priesterklasse. Iedereen die enige kritiek durft te hebben wordt als ketter vervolgd. De katholieke kerk heeft zich ook aangesloten bij deze macht.
De Paus heeft een alliantie gevormd met de Rothschild en Rockefeller families, met internationale beroemdheden en diplomaten, en met CEO’s van multinationals. Ze noemen zich ‘The Guardians’, dus letterlijk ‘De Wachters’.
De kerststal van 2020 voor het Vaticaan was een weerzinwekkend tafereel dat er weinig twijfel over laat bestaan dat er een aanval op de mensheid en de mensenzoon aan de gang is (zie foto onder). Het is bijzonder dat men het zo openlijk speelt, alsof men het niet verborgen wil houden.
Organisaties als het WEF, of de PNAC en MIT, om er maar enkele te noemen, zeggen ronduit wat het plan is, namelijk een wereld met een centraal geleid technocratisch bestuur waar ieder mens onder constante controle staat en geen vrijheid meer heeft, een dictatuur dus. De vraag is waarom men hier zo open over is. Loopt men hierdoor niet juist het risico dat de mensen wakker worden?
Een mogelijke reden is dat het kwaad de mensheid op alle manieren kan aanvallen en corrumperen, maar het kan niet om de vrije wil van de mens heen. Het moet de mensheid altijd de mogelijkheid geven te weten wat de plannen zijn. De mens kan het weten, en heeft dus de keus iets te doen. Dit is iets wat je bij veel verhalen en literatuur tegenkomt. Denk aan het ‘duivelscontract’ bij Faust. Waarom laat de duivel Faust een contract tekenen? Als het kwaad zo machtig is, waarom moet het dan een contract aangaan met zijn slachtoffers?
De reden is dat het kwaad niet almachtig is. Het kan niet om de vrije keuze van de mens heen, en heeft daarom toestemming van de mens nodig. In deze tijd wordt de mensheid een contract onder de neus geduwd. De aanslagen van 9/11 en andere valse vlag aanslagen, de nutteloze oorlogen, de martelingen in Abu Ghraib, het vervolgen van klokkenluiders als Julian Assange, en nu de corona maatregelen, iedereen met een beetje gezond verstand kan weten dat de officiële berichtgeving betreffende deze gebeurtenissen niet klopt, en dat hier andere motieven spelen. De mensen hebben het echter genegeerd, en daarmee ook geaccepteerd.
Door dit ernstige verzaken krijgt de hele mensheid het nu voor haar kiezen.
Dat is tragisch, vooral voor de mensen die wel kritisch nadenken, en niet slaafs de corona maatregelen opvolgen. Voor deze mensen is het hartverscheurend om te zien hoe makkelijk de medemens zich laat indoctrineren, en hierdoor de hele wereld richting de afgrond gaat. Dit kan je de moed in de schoenen doen laten zinken, wat waarschijnlijk onderdeel van het plan is. Eén van de oudste boeken ter wereld (wellicht het eerste boek ooit geschreven) kan hier een steun zijn.
Het boek van Henoch spreekt over toekomstige tijden van groot onrecht, bedrog, laster en bloedvergieten. Henoch schrijft dat de plegers menen voor god te kunnen spelen, en dat hun daden ongestraft zullen blijven, maar dat is niet zo. De godenwereld volgt het, en er zál gerechtigheid komen.
Henoch schrijft verder:
“Laat uw geest niet bedroefd zijn door deze tijden, omdat de Heilige en Verheven Ene dagen heeft aangewezen voor alle dingen. De rechtvaardige zal oprijzen uit de slaap, hij zal opstaan. Hij zal barmhartigheid betonen aan de rechtvaardige mens en hem kracht geven.”
Rudolf Steiner – De val van de geesten van de duisternis (1917):
“De ziel zal men afschaffen door middel van een geneesmiddel. Men zal vanuit een “gezonde opvatting” een inentingsstof vinden, waardoor het organisme zo bewerkt wordt, zo mogelijk al in de vroegste jeugd, direct na de geboorte, zodat dit menselijke lichaam niet op de gedachte kan komen: er is een ziel en een geest.”
Paus Bergoglio (januari 2021)
“Het coronavirus vaccin is ethisch, ik zal het ook laten doen. Ontkenning is suïcidaal”
Hugo van der Zee
2020
Bronnen & links
https://seerssee.com/some-thoughts-on-the-book-of-enoch/
https://youtu.be/0xrFh-z_u1U?t=1309
Mother of All Demons – ROBERT SEPEHR
Book of Enoch (Documentary) – God, Angels, Devils & Man
Die drei zustände des nachts bewusstseins – Rudolf Steiner (1922)
Jesus in the Book of Enoch.
https://en.wikipedia.org/wiki/Merkabah_mysticism
https://nl.wikipedia.org/wiki/Eerste_boek_van_Henoch
https://www.bijbelengeloof.com/index.php?option=com_content&view=article&id=247:het-boekhenoch&Itemid=81
https://wimjongman.nl/artikelen/henoch-nl.html
https://nl.wikipedia.org/wiki/Boek_van_de_reuzen
https://biblehub.com/library/tertullian/on_the_apparel_of_women/chapter_iii_concerning_the_genuineness_of.htm
https://www.christianity.com/wiki/angels-and-demons/who-is-metatron.html
http://www.michaelramseyprize.org.uk/excerpts/heaven_gooder.pdf
Een grote verrassing in WTK deze keer: een commentaar op de boeken van Henoch.
Niet eerder heb ik een commentaar van die lengte en historische nauwkeurigheid gezien op een van de meest onbekende heilige boeken. Boeken die destijds (en nog steeds) alleen in de koptische bijbel waren opgenomen. En nu dus zo maar een bespreking op een plek die je eigenlijk totaal niet zou verwachten. Maar aan de andere kant is het natuurlijk juist in deze tijd van onrust en verwarring niet helemaal onverwachts.
Het doet mij deugt dat iemand de moed heeft zo’n lastig boekwerk ter sprake te brengen. Dat geldt vooral het bijzonder voor de vermelding van de invloed die dit werk heeft gehad op de Kabbalah, een esoterisch Joods/Christelijke stroming die regelmatig in WTK een slechte pers krijgt.
Van uit de vreugde over het verschijnen van dit mooie en goed gedocumenteerd commentaar veroorloof ik mij een paar opmerkingen, die – naar ik hoop – opgevat zullen worden als aanzet tot verdere uitwisseling van kennis en ervaring.
De eerste opmerking heeft te maken met de overtuiging dat elk heilige boek geschreven wordt in mystieke taal. De mystieke taal onderscheid zich van ons normale taal dat zij een Hemelse taal is, een Engelen taal. Deze taal is niet conceptueel, niet rationeel, en dit betekent dat ook de boeken van Henoch niet gelezen en bestudeerd kunnen worden zonder kennis van de mystieke taal. De mystieke taal kent een getallenleer, overeenkomend met het domein van de Aartsengelen, en beeld taal (imaginatie) in het domein van de Engelen. De Mens heeft de capaciteiten om al deze talen te kennen, zij het dat wij dit vermogen als vanaf onze kindsheid hebben verwaarloosd. .
Eer wordt gesproken over 200 Wachters .
Wachters hebben voor mij iets te maken met grenzen stellen.
En ik stel mij dan ook voor dat deze Wachters niet de Gevallene Engelen zelf zijn, maar eerder de transformatie punten vormen waar het ‘kennis van het kwaad’ van de gevallen Engelen de vorm krijgen die het voor de mens mogelijk maakt die kennis manifest te maken.
Zoals hij mensen heeft geschapen en aangewezen om het woord der kennis te verstaan, zo heeft Hij mij (Hernoch, Mens ) om de wachters, de Zonen van de Hemel, terecht te wijzen
Henoch I: 14.3
De gedachte is dat de gevallen Engelen het begin vormen van de schepping van de Mens die tot taak krijgt om die gevallen Engelen te bevrijden
De Grote esotericus Jacob Boehme spreekt daarom ook over de eerste Val.
Die eerste Val wordt gevolgd door de schepping van Mens Adam/ Eva, zoals ons dat wordt verteld in het boek Genesis. Deze Mens krijgt als taak de gevallen Engelen te bevrijden. We zien deze opdracht o.a. in Genesis 2 vers 19 waarin gezegd wordt dat Adam Namen moet geven. Dat wil zeggen: verbinden met God. Echter, zij verzaken deze taak en worden zelf mee gesleurd door de gevallen Engelen. Boehme noemt dat de tweede Val
Deze gedachte geeft voeding aan de idee dat de Wachters het ook niet goed gedaan hebben.
Hoe dan ook, de gevallen Engelen verbinden zich met de mens en daar komen ‘reuzen’ uit voort, die reusachtig kwaad kunnen verrichten en dat ook doen. Dat merken we vooral in onze moderne tijd; het kwaad van het Internet, van de wapenwedloop, van de industrialisatie, hongersnoden, verkrachtingen, martelingen, enorme stromen vluchtelingen en ontheemden…..
We zien in het vervolg van het verhaal hoe een uitgelezen gezelschap van Aartsengelen te hulp schieten om dit kwaad te gaan keren. Zij komen ons te hulp, en helpen ons in zes richtingen, zes domeinen, het kwaad te keren en de Engelen die hun spijt betuigen te verlossen. Engelen die dat niet willen hangen vreselijke straffen boven het hoofd.
De Mens blijft daarin via Henoch een belangrijke rol spelen. Hij (zij) moeten het onderscheid leren tussen goed en kwaad (eten van de boom der Kennis van goed en kwaad)
We komen hier en daar wat getallen tegen…
Getallen geven ook in de boeken van Henoch geen kwantiteit aan, maar kwaliteit.
Het getal 200 correspondeert met de letter Resh en heeft te maken met onderscheid.
Uiteraard gaat het dan over het onderscheid tussen goed en kwaad.
Metusalem: 969 jaar. 9 is het getal van de baarmoeder, 6 is het getal van de mens , de tweede 9 is ook de baarmoeder, maar dan in een ander domein.
Metusalem is dus middelaar tussen twee domeinen, Hemel en Aarde
Nephilim: נְפִילִים, eindigt met de sluitmem, getalswaarde 600, met als betekenis de bekeerde mensengel. (vermoed ik)
wellicht kunnen deze paar zinnen een begin vormen van verdere uitwisseling, zou ik erg fijn vinden.
Voor wie geen wiebelkont heeft.
https://www.youtube.com/watch?v=IL6p78GoZoQ
Mooie GEESTige verhalen geschreven en gedacht als ieders eigen matrix/mind illusie werkelijkheid geworden. Zomaar….. Projecties als demonen en engelen kunnen op “aarde” gespiegeld worden in eigen lijf, aarde! als spanning en ontspanning. Microkosmos! De hemel Hier en Nu zou dus wel eens kunnen zijn : de stroom van energie, liefde in ieder mens als opwinding, gezondheid en vitaliteit… zo simpel uitgedrukt in de lijfelijke (vrouw) brug achterover. Wat een lijding of leiding!
Zo anders als al één gedacht. Ziet de kinderen…. zo lichamelijk wijs… in ZIJN. En dan “oud” geworden…..
Vanuit de identificatie met je hart ben je een uitdrukking van onpersoonlijke en onvoorwaardelijke liefde/energie…samen met de polen body en mind. Heel concreet, praktisch en ervaringsgericht, in het Hier en NU, HierNUmaals.nl, tot uitdrukking gebracht in de lijfelijke brug achterover én in de eindoefeningen van de Yort®.
Mens (Enoch) sana in corpere sano 🙂 In “mijn” 78 geleefde aardse jaren, ten alle tijden NU, nothing and all….. E.W.A.L.D. Eternal, Wisdom And Love Delivered…. Och 🙂
Don’t worry, be happy and love you anyway, that I am!