Advertentie

Hagar: de blinde vlek van Israël


*

Hagar: de blinde vlek van Israël..

2024 © dr. Herbert van Erkelens | deze versie WantToKnow.nl/be
*

dr. Herbert van Erkelens

Ooit was ik bijzonder geraakt door ‘Vuur in de duisternis’ van Elie Wiesel dat schitterende portretten bevatte van grote chassidische meesters uit het verleden. Wiesel was in 1928 in een kleine stad in Transsylvanië geboren en had de vernietigingskampen van de nazi’s als jongen overleefd. De Franse auteur François Mauriac had hem ervan overtuigd dat hij moest gaan schrijven over zijn ervaringen. Daarbij had hij gemeend: ‘De nacht heeft mijn geloof verteerd en me voor altijd beroofd van alle levenslust.’

Maar in ‘Vuur in de duisternis’ schetste Wiesel ineens hoe chassidische meesters in Oost-Europa bij hun leerlingen het vuur brandende hadden gehouden, in een wereld die het Joodse volk vijandig gezind was. Dat riep het verlangen in mij op, om via chassidische dansen zélf dichter bij die meesters te komen.

Ik gaf mij op voor een cursus Israëlische volksdansen onder leiding van Gert-Jan van Ammerkate, die speciale aandacht zou besteden aan chassidische en Jeminitische dansen. Omdat ik bij deze cursus mijn eerste vrouw had ontmoet, had mijn verlangen om dansend dichter bij de joodse traditie te komen onverwachte gevolgen…

We kregen in 1982 een zoon die we David noemden. Ik werkte toen aan mijn proefschrift in de theoretische fysica, maar verdiepte mij ook in het werk van Wiesel. Naar aanleiding van de Jom Kipoer-oorlog van 1973 had hij geschreven:

‘De uitdrukking gadol hasjalom (groot is de vrede) komt vaak in de literatuur voor. Overal neemt de vrede de eerste plaats in: gadol hasjalom ki hou ha’ikar (het belangrijkste in alles is de vrede).
Sjalom betekent sjalem, heel; de vrede maakt dat dingen en mensen één (geheel) zijn. De vrede verbreken betekent mensen en dingen beroven van de andere dimensie, de hogere, eeuwige dimensie die eigen is aan de schepping.’
(Woorden zonder wederwoord, 1982, 88)

Verder was Wiesel van mening dat als mensen oorlog voeren, God hun eerste slachtoffer was. Daarom zouden profeten altijd weer te keer gaan tegen de oorlogspolitiek van bepaalde koningen. Pas later begon ik te beseffen dat er bijzonder veel conflictstof in het Nabije Oosten was opgehoopt en dat het mogelijk voor Israël niet enkel een zegen was dat het oude Jeruzalem bij de Zesdaagse Oorlog in juni 1967 op Jordanië was veroverd. Die militaire overwinning bracht een enorme verantwoordelijkheid met zich mee.

Dat begreep ik uit visioenen die de Joodse arts Eli Lasch had gehad vlak voordat hij zou stoppen met zijn werk als kinderarts in de Gazastrook. Dat was eind 1984 toen hij zich had aangemeld voor een seminar voor leden van de kibboets-beweging. Hij trof een dag tevoren de vrouw die het seminar had georganiseerd om enkele details met haar te bespreken. Ze bleek de gave te hebben om mensen in een hogere bewustzijnstoestand te brengen.

Tijdens het gesprek had hij verschillende visioenen.
Ze zijn te vinden in ‘Das Licht kam über mich’. Twee daarvan troffen hem enorm:

‘Ik bevond mij plotseling bij de Klaagmuur in Jeruzalem. Voor de muur was een reusachtige feestplaats vol met mensen. Allen waren feestelijk gekleed. Plotseling beefde de muur, stortte met een geweldige knal in en begroef de mensen onder zich. Ik hoorde het wanhopige schreeuwen en zag de stofwolk van de muur.
En ik rook bloed. De muur, twintig meter lang, die uit reusachtige steenblokken bestond, was simpelweg naar voren gevallen. De Klaagmuur waarin het leed van het hele Joodse volk gedurende tweeduizend jaar was begraven was ingestort.’

Een tweede visioen was nog schokkender:

‘Kort na de instorting explodeerde de hele Tempelberg in Jeruzalem, alsof er een atoombom tot ontploffing was gebracht. Alles ging de lucht in, de moskeeën, de muren, de poorten. Het was alsof het hele Nabije Oosten begraven werd.’

Hoewel Lasch zich tot dan toe weinig voor religie had geïnteresseerd, besefte hij wel de betekenis van beide visioenen. De Klaagmuur stond symbool voor het jodendom en vormde de basis waarop het christendom en de islam waren ontstaan. Met het instorten van die muur zouden die beide andere wereldgodsdiensten ineens van hun basis beroofd zijn. Ook meende hij:

‘Op de Tempelberg zou een veel grotere tempel opgericht kunnen worden die tot een gebedshuis zou kunnen dienen voor alle drie wereldreligies, voor christenen, joden en moslims. Dat is precies wat de profeten zeggen: “In het laatste der dagen zal hier het centrum van de wereld zijn waar het Woord van God verkondigd wordt” (Jesaja 2:1-5). Mijn persoonlijke gevolgtrekking: Wanneer niet alle drie de religies eindelijk een gemeenschappelijke basis vinden, vernietigen zij elkaar wederzijds.’ (Das Licht kam über mich, 1998, 150-151)

Twee groepen Israël en de neergang
Inmiddels heeft Israël een premier die niet naar profeten en ook niet naar de regels van internationaal recht luistert. Hij wordt omringd door extremistische figuren, die hun zionisme vertalen naar een Groot Israël ten koste van de Palestijnen. Zijn regering brengt veel verdeeldheid in het land en volgens de laatste berichten bestaat de Gazastrook eigenlijk niet meer als bewoonbaar gebied. Hoe kan Wiesel dan ooit gedacht hebben dat het in de joodse traditie om vrede draait?

Het valse Argentijnse paspoort van Hitler’s plaatsvervanger, Adolf Eichman.

Mogelijk leefde hij in een tijd dat de schaduwkant van het land minder zichtbaar was. Toch vonden juist in de jaren zestig twee gebeurtenissen plaats die van grote invloed zouden zijn voor Israël. In 1961 vond het proces tegen nazi-kopstuk Adolf Eichmann plaats. Hij was in de Tweede Wereldoorlog als luitenant-kolonel bij de SS in belangrijke mate verantwoordelijk was geweest voor de organisatie van de Holocaust. Voor die tijd had je volgens Abel Cahen, een Joods architect die vorig jaar op tv werd geïnterviewd, twee groepen in Israël.

Je had Joden uit de diaspora die vooral uit oorlogsslachtoffers bestond, en vrijgevochten Israëli voor wie de oorlog geen rol speelde. Tegenover Coen Verbraak vertelde Cahen dat door het proces tegen Eichmann ook de Israëlische Joden zich slachtoffer begonnen te voelen. Vervolgens vond in 1967 de Zesdaagse Oorlog plaats waardoor het Israëlisch leger ineens onoverwinnelijk leek. Toen Cahen na zijn studie uit Nederland in Israël terugkeerde, was het land veranderd:

Toen merkte je hoe de combinatie ontstond van aan de ene kant een gevoel van onoverwinnelijkheid als restant van de Zesdaagse Oorlog en aan de andere kant het slachtofferschap van de Tweede Wereldoorlog. En dat is bepaald geen fijne combinatie.’

Israël werd een land van gespleten persoonlijkheden die heen en weer switchten tussen slachtofferschap en ingebeelde onoverwinnelijkheid. Daarbij kwam dat de bezette gebieden niet geruild werden voor vrede. Dat vormde voor Cahen het keerpunt: ‘Ik wist: als het nu niet tot vrede komt is er geen hoop meer. Dan wil ik hier niet meer wonen.’ (Israël. De zoektocht naar het beloofde land, 2023, 88-89).

Het is kennelijk de favoriete pose van de man…?

Vermoedelijk had zich toen bij teveel mensen het idee gevestigd dat het beloofde land net zoals in de bijbel via militaire middelen veroverd diende te worden ten koste van de oorspronkelijke bewoners. Zo was het ook gegaan bij het uitroepen van de staat Israël in mei 1948 en dit proces bleek te kunnen worden voortgezet in 1967. Wel was er sprake van een vredesproces dat halverwege de jaren negentig tot de Oslo-akkoorden met de Palestijnen voerde.

Itzhak Rabin, de premier van Israël die hiervoor verantwoordelijk was, werd op 4 november 1995 na afloop van een vredesdemonstratie door een geradicaliseerde orthodoxe Jood en tegenstander van de Oslo-akkoorden vermoord. En nu hebben we dan te maken met een premier die samen met dergelijke extremistische types het land denkt te kunnen besturen. Sinds de aanval van 7 oktober 2023 op Zuid-Israël door Hamas wordt hij zichtbaar gedreven door een oud godsbeeld dat om wraak en vergelding roept.

Het contact met Judith Moore..
Om te weten wat het alternatief daarvoor zou kunnen zijn, heb ik mij gewend tot een nieuw godsbeeld dat zich in augustus 2009 via het Amerikaanse medium Judith K. Moore presenteerde. Het ging daarbij om de Macht van Eenheid bij de Bron, kort gezegd de Macht van Een. Deze wilde perse niet als een schepper gezien worden, maar als een bewustzijn. Scheppers zoals Jehovah zag de stem als halfgoden, die vervuld waren van ego en de godheid hadden geschapen naar hun beeld.

En tot mijn verrassing had de Macht van Een ook kritiek op het verhaal in Genesis dat Hagar vanwege de jaloezie van Sara door Abraham de woestijn in zou zijn gestuurd. Abraham had bij Hagar, de donkere slavin van Sara, Ismaël, zijn eerstgeborene verwekt. Later zou hij bij Sara zijn zoon Isaak krijgen. Het is een vreemd verhaal dat ermee eindigt dat een bode van God tot Hagar spreekt en er voor haar ogen een waterput verschijnt. De bode zegt: ‘Sta op, til de jongen op, houd hem stevig vast in jouw hand, want ik zal hem maken tot een groot volk.’ (Genesis 21:18) Hierover merkte de Macht van Een op:

‘Er is maar één waarheid. Zouden Hagar en Sara zoveel van elkaar hebben kun­nen houden dat toen Sara zwanger werd en Isaak baarde, zij haar zoon met Ha­gar meegaf en zij zelf de zoon van Ha­gar hield? Is dat mogelijk? Kan er een liefde en een geloof zo groot zijn dat een vrouw haar eigen zoon zou verbannen en de zoon van haar zuster zou hou­den? Zij waren geboren uit het­zelfde zaad.

De geschiedschrij­ving zegt dat Sara jaloers op Hagar werd en haar naar de woestijn verbande, maar er was geen jaloezie tussen deze vrouwen. Hun geschiedenis was gemanipuleerd door die godheden die het zaad wensten te strooien voor de oorlogen tussen de naties van de moslims, de christenen en de joden. Omdat die oorlogen de macht en hebzucht of het ego van die misleide goden zo­als Jehovah zouden dienen.
Jeho­vah kan genezen worden en Jehovah kan weer in balans gebracht wor­den. Jehovah kan terugkeren in het Huis van de Vader. En wanneer de zoons van Ismaël en Isaak samen­komen in de afstamming van het Huis van David, zal er vrede op aarde zijn.’
(De spiegel van Magdala, 2023, 131)

(klik voor link)
‘Sara en Hagar, Shalom/Salaam’ – Abi­gail Sarah Bagraim.

Ook Isaak werd tot een groot volk gemaakt, het Joodse volk dat zichzelf identificeert als de zoons en dochters van Abraham en Sara. Dat volk heeft volgens rabbijn Yonassan Gershom een gemeenschappelijke taal (Hebreeuws), een eigen land (Israël), een eigen godsdienst (jodendom) en gemeenschappelijke gebruiken. (Onmogelijke herinneringen, 1997, 283)

Inmiddels kunnen we hieraan toevoegen dat het ook een eigen ethiek heeft, namelijk een ethiek die de eigen volksstam bevoordeelt boven de andere inwoners van Israël. En vanwege de Holocaust lijdt deze volksstam aan een collectief trauma dat door gewiekste politici gebruikt wordt om geen verantwoording te hoeven afleggen over de oorlogsmisdaden die het Israëlische leger in de Gazastrook begaat.

Jehovah kan tevreden zijn, er wordt nog altijd naar hem geluisterd. Volgens de Jungiaans analytica Elana Lakh kent Israël ook maar een klein beetje oude ethiek waaronder zij een ethiek verstaat met universele principes van goed en kwaad. Nieuwe ethiek waarbij een individu zelf de verantwoordelijkheid neemt voor het eigen kwaad is zo goed als afwezig. En voor oude ethiek verwijst zij naar Den Haag, vermoedelijk vanwege het Internationale Strafhof en het Internationale Gerechtshof.

Lakh heeft onderzocht welke culturele complexen Joden in Israël in de weg staan om de ogen te openen voor de werkelijkheid waarin zij leven. Een belangrijke rol bij het in stand houden van die complexen wordt gevormd door de media. Zo schrijft zij in The Power of Cultural Complexes in Israël: ‘De Israëlische media presenteren alleen een gedeeltelijk beeld van de realiteit waarin het lijden van Israëliërs en de kracht van het leger worden benadrukt, terwijl het lijden dat door de acties van het Israëlische leger wordt toegebracht aan de inwoners van Gaza niet wordt gepresenteerd, en als dat wel gebeurt wordt het geframed als een resultaat van acties van Hamas. De internationale media presenteren een heel ander beeld. Het lijkt erop dat de meerderheid van de Israëliërs niet zien wat de wereld wel ziet. Dat draagt bij aan het gangbare beeld dat de hele wereld “tegen ons is.”’

In feite heeft het frame de werkelijkheid vervangen.
Er is geen historische context meer waaraan een aanval zoals die van Hamas zou kunnen worden opgehangen. Er is ook geen beeld meer van het lijden van de Palestijnen dat het gevoel of compassie zou kunnen aanspreken. Ook wordt niet meer zichtbaar dat de terroristen die op 7 oktober 2023 het zuiden van Israël binnenvielen zich niet alleen als monsters gedroegen. Een aantal Hamas-militanten liet een huis ongemoeid, toen ze daar alleen maar hevig verschrikte kinderen onder een deken aantroffen.

Het culturele complex waaronder Israël lijdt wordt door Lakh beschreven als de contradictie tussen het zwakke slachtoffer en de sterke held:

‘Het complex van eeuwig slachtofferschap is blind voor het lijden dat het [land] veroorzaakt en is onmachtig om verantwoordelijkheid te nemen voor de eigen schaduw. Dit complex van de contradictie tussen het zwakke slachtoffer en de sterke held is karakteristiek voor Israël. Aan de ene kant is er afkeer van de hulpeloze Joden van de diaspora die als schapen naar de slachtbank werden geleid.

Deze afkeer voedt de persona van de sterke en heldhaftige Israëli. Aan de andere kant is er de ontkenning en onderdrukking van de voortdurende schade aan Palestijnen via verschillende wijzen van verantwoording en met vormen van verdraaiing van realistische informatie. Die ontkenning en onderdrukking leiden tot het losmaken uit historische context en het toeschrijven van brutale schaduw-agressie enkel aan Palestijnen waarbij de ervaring van Israëlisch slachtofferschap ongewijzigd blijft.’
(The Power of Cultural Complexes in Israël, 2024, 57-59)

De erfenis van Jakob..
Wat zou ik vanuit Nederland kunnen doen om een of ander vredesproces te stimuleren? Omdat religie dankzij de grote relatieve toename aan orthodoxe Joden in Israël zo’n enorme rol is gaan spelen, kan ik in ieder geval wijzen op de visioenen van Judith Moore waarin Abraham steeds voorkomt samen met Sara en Hagar. Deze heb ik ondergebracht in mijn boek ‘De spiegel van Magdala’ dat in augustus 2013 uitkwam. Om dit boek te kunnen schrijven, heb ik uitgezocht dat van Ismaël de Ismaëlieten afstammen, die later aan de Arabieren zouden worden gelijkgesteld.

Judith Moore (klik voor artikel)

Volgens de profetieën van Judith Moore heeft Sara aan Abraham de opdracht gegeven voor Hagar en Ismaël in Mekka een tempel te bouwen. In een groot visioen reizen Sara en Isaak naar Mekka om Hagar en Ismaël in deze tempel te bezoeken. Ook Maria Magdalena en Jeshua (Jezus) betreden deze tempel. Eerder was duidelijk geworden dat Maria Magdalena een dochter van Hagar was en Jeshua een zoon van Sara. Ook de koningin van Sheba bleek van Hagar af te stammen, terwijl koning Salomo een afstammeling van Sara is.

Uiteindelijk ging het om één enkele familie..
Dat bleek ook uit een profetie die op de Pilaar van Jakob betrekking had. Hierbij is Jakob de zoon van Isaak. Hij had volgens Genesis 28 zijn hoofd ter ruste gelegd op een plaats die hij Beth-el, Huis van God, zou noemen. Daar had hij een ladder, eigenlijk een wenteltrap, gezien waarlangs boden van God omhoog en omlaag gingen. Toen hij jaren later met twee vrouwen en vele kinderen op die plek terugkeerde, bleef hij ’s nachts op eigen verzoek alleen achter.

De hele nacht worstelde hij toen met een engel. Deze wist hem niet te overwinnen. Daarop raakte de engel het heupgewricht van Jakob en sprak: ‘Laat mij gaan, want het morgenrood daagt.’ Daarop antwoordde Jakob dat hij de engel niet zou laten gaan, tenzij deze hem zou zegenen. De engel antwoordde: ‘Voortaan zal jouw naam niet meer worden genoemd Jakob, maar Israël-Strijder met God. Want jij hebt gestreden met God en met mensen en je hebt overwonnen.’ (Genesis 32:29)

De mensheid gaat zich mogelijk in Jakob en daarmee toch ook in de naam Israël verenigen.  Daartoe zou volgens een profetie van Judith uit maart 2010 vanaf de fundering die ooit was gelegd voor de Tempel van Salomo als eerste, innerlijk de Pilaar van Jakob verrijzen die de Aarde met de hemelen zou verenigen en als pilaar van profetische inspiratie voor de mensheid een bron van Licht ging vormen. In deze profetie werd gesproken over apostelen, die zich bewust waren geworden van het mysterie van de schepping. Zij zouden zich openen als een pilaar vanaf de kruin via de voeten naar de Aarde. Over hen werd gezegd:

‘Voor deze apostelen is de Pilaar van Jakob als de Vader van de twaalf stammen van Israël. En wat zijn de twaalf stammen van Israël? Het is de familie van kosmische oorsprong, de familie vanuit een kosmische bron. Ismaël en Isaak zijn de grootvaders van deze fa­milie van oorsprong, de staf en de wortel van deze Boom van het Huis van David.

Zij zijn niet van elkaar gescheiden want zij zijn geboren uit één en dezelfde lijn en die afstamming was een belofte om scheiding te overstijgen en de hemelen te openen opdat het Licht van God door alle zielen ontvangen zou worden, niet alleen door een elite van wei­nigen.

De Pilaar van Jakob zal verrijzen als een onmiskenbare kracht, een onmiskenbare kracht van inspiratie gesproken door de profeten, de visionairen en de boodschappers via het eeuwige hart van vrede… Mensen over de hele Aarde zullen zich op die manier gedreven voelen als reactie op de activering van de Pilaar van Jakob, omdat het de Pilaar is die de hele mensenfamilie verenigt.
En datgene naar het centrum van vrede terugroept wat ooit als leven was gegeven, ooit als onsterfelijke Eenheid was gegeven, het leven en de bron van leven, geheiligd om nooit meer veronachtzaamd te worden.’
(Maria Magdalena. Profetes van het levende verbond, 2013, 81-82)

Hier worden Ismaël en Isaak opnieuw beiden genoemd en wel als grootvaders van een familie van kosmische oorsprong. Deze familie wordt het Huis van David genoemd. Dat is een zielengroep die het DNA draagt voor het ontwaken van Christusbewustzijn. Dat ontwaken had binnen een joodse context kunnen gebeuren als de wegen van jodendom en christendom na de vernietiging van de Tweede Tempel in 70 n.Chr. niet uit elkaar waren gegaan. Dat proces van scheiding kwam ook omdat de katholieke traditie zo lang aan de erfenis van Jezus sleutelde totdat het christendom een bron van antisemitisme zou worden.

In de toekomst verwacht ik een toenadering tussen beide godsdiensten, omdat Jakob nog steeds springlevend is. Dat weet ik omdat ik ooit een workshop voor Judith rond de erfenis van Jakob heb georganiseerd die tamelijk verrassend verliep. De workshop zou op 1 april 2012 plaatsvinden, net in een tijd dat er in De Nieuwe Kerk in Amsterdam een tentoonstelling over het jodendom was. Enige dagen voor die datum kreeg Judith een droom waarin zij naar beneden afdaalde en in een kamer aankwam waar de onsterfelijke aanwezigheid van Jakob voor een altaar stond met de Tafelen van Juda.

Dit vertelde ze mij aan het eind van maart, één dag voordat de workshop plaats vond en tot mijn verrassing nam Jakob zelf het woord. Hij presenteerde zich niet als een man of een profeet maar als een licht dat de ziel van de mensheid was binnengewandeld en voortgedreven werd door visioenen, waarover hij nooit gesproken had. Want dan zou hij uit de Tempel geworpen zijn. Ook gaf hij aan dat zijn tijd nog moest komen:

‘Mijn bewustzijn is zo oneindig als de ziel en dus ben ik niet door tijd en ruimte beperkt. Ik ben hier nu. Deze diepere myste­riën die verschenen en verdwenen via de visioenen van de profeten werden als heilig bewaard in het hart van de Tempel van Eén. Mijn visioen moet nog op aarde geboren worden.

Het Verbond zal leven en niet ten onder gaan, want het visioen is puur. Neemt er­aan deel. Weet dan dat jullie goddelijk zijn. De tijd van de afrekening is nabij. Weest de belofte van de profeten en rijst op en straalt boven de Aarde in de glorie van Gods heilige belofte. IK BEN Jakob, Mees­ter van de Jakobszegels. IK BEN onsterfelijk.’
(Maria Magdalena. Profetes van het levende verbond, 2013, 109)

Daarbij heeft zich nu opnieuw het verlangen gemanifesteerd om een kleine bijdrage te leveren aan een oplossing van het conflict dat Jehovah in het jodendom en christendom heeft geïntroduceerd via desinformatie over Sara en Hagar. Zou Abraham Hagar en Ismaël werkelijk de woestijn in hebben gestuurd vanwege de jaloezie van Sara?

Er waren stemmen die een bedreiging zouden gaan vormen voor Ismaël. Dat was volgens Judith de reden dat hij samen met zijn moeder diende weg te trekken uit de omgeving van Isaak. Maar zo werd het niet gepresenteerd. Het wordt tijd om vraagtekens te plaatsen bij oude religieuze geschriften. Ook is de tijd rijp voor de eigenlijke missie van Jakob. Nieuwe profetie kan ons op de weg naar vrede zetten.

Herbert van Erkelens (HIER)
© december 2024, Haarlem

Christ energy (© 2005 Jhadten Jewall)

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.