x
x
Een factor om rekening mee te houden..
De Constante van Ninive
2016 © Jan Smith – deze versie © WantToKnow.nl/.be
X
Herinner je nog mijn vertaling van het fascinerende boek van Ingo Swann over Remote Viewing..? Dat boek ‘Penetration’ staat hier uitgebreid nog op de site te lezen. (Klik daarvoor HIER) Laatst zat ik stukken ervan nog eens door te lezen, toen -in hoofdstuk 19- mijn aandacht werd getrokken door een passage, waarin Ingo het heeft over ene Maurice Chatelain, de auteur van het in 1987 opnieuw uitgegeven boek ‘Our Cosmic Ancestors’. Ingo schreef over anomalieën op de Maan, en omdat ik laatst de vertaling heb verzorgd van het boek van Sandra Hilleard over die interessante materie, besloot ik het boek van Chatelain ook aan te schaffen.
Ik verslond het in ‘no time’. Chatelain was voormalig hoofd van de researchafdeling van NASA, die belast was/is met de ontwikkeling van de voor die tijd hypermoderne telecommunicatieapparatuur voor de Apollovluchten naar de Maan. Hij schrijft – en daarin staat hij niet alleen – over buitenaardse aanwezigheid op en rond de Maan; alleen dat was op zich al zeer interessant. Maar een volgend uitgebreid hoofdstuk wijdde hij in zijn geheel aan iets, waarover ik nog nooit had gelezen: De Constante van Ninive.
Dit is een astronomisch groot getal van 15 cijfers waarmee al vanaf de tijd van de Sumeriërs werd gerekend. Op het internet vond ik niet zo heel veel over dit fenomeen; behalve op de site van Crystallinks uit 2004, waar een heel korte tekst van de hand van Paul Remeysen staat. Reden genoeg om weer contact op te nemen met Guido van WantToKnow.nl om het door mij vertaalde hoofdstuk uit het boek van Maurice Chatelain te gaan publiceren.Dat verhaal vind je dus hieronder!
Al met al een verbijsterend verhaal over zeer intelligente mensen van beschavingen die duizenden jaren voor de geboorte van Christus in het land tussen de Eufraat en de Tigris leefden; daar waar heden ten dage zo’n verbeten strijd wordt gevoerd, het vroegere Mesopotamië. Of nog mooier: ‘De groene long van het antieke Midden-Oosten’.
Met betrekking tot het gedeelte over Pluto, wijs ik erop dat Chatelain zijn boek publiceerde in 1988 en dus spreekt van planeet Pluto. In augustus 2006 besloten zo’n 2.500 astronomen uit de hele wereld echter, de hemellichamen in te delen in 3 categorieën: planeten, dwergplaneten en kleine hemellichamen. Door deze indeling bleven er in ons zonnestelsel 8 ‘echte’ planeten over en werd Pluto een dwergplaneet.
* * *
x
x
De Constante van Ninive
Hoofdstuk 4 uit het boek van
Maurice Chatelain: ‘Our Cosmic Ancestors’
2016 © Nederlandse vertaling Jan Smith
x
Duizenden jaren lang zijn astrologen en wiskundigen overweldigd door de majestueuze regelmatigheid van de beweging van sterren aan de hemel. In de achterliggende millennia hebben ze erg hun best gedaan om de geheimen van die indrukwekkende klok te doorgronden. Die hemelkijkers realiseerden zich dat er sprake moest zijn van een zeer lange tijdperiode, naar alle waarschijnlijkheid van miljoenen jaren lang, die in hele getallen de omloop van alle hemellichamen regelde. Aan het eind van dergelijke constante periodes zouden alle hemellichamen zich weer op precies dezelfde positie in de Dierenriem bevinden.
De astrologen en wiskundigen noemden die tijdperiode de ‘Grote Constante’ of het ‘Grote Jaar’. Ze wisten echter niet dat dit getal reeds bestond en tienduizenden jaren eerder in gebruik was geweest bij vroegere beschavingen. Die kennis was verloren gegaan en vergeten als gevolg van natuurrampen en oorlogen die de ene beschaving na de andere vernietigden. De astrologen probeerden tevergeefs de grote constante te vinden maar gaven uiteindelijk alle pogingen op. Maar nu, door een reeks van opeenvolgende toevalligheden is dit magische getal teruggevonden op een oud kleitablet uit de stad Ninive.
Rond het midden van de negentiende eeuw resideerde in Mosul, in het tegenwoordige Irak, een Franse consul genaamd Paul-Emile Botta. Omdat hij niet veel om handen had maakte hij, om de tijd te doden, lange ritjes te paard in de woestijn en hevels in de omgeving van de stad. Het viel hem op dat een paar heuvels zo’n perfect ronde vormen hadden dat ze niet natuurlijk gevormd konden zijn. Op en rond die heuvels werden ook steevast potscherven gevonden die erop duidden dat de heuvels in vroegere tijden bewoond moesten zijn geweest.
x
Op een dag in 1840 gaf Botta toe aan een van zijn grillen en begon te graven op de heuvel van Kunjundsjik aan de oever van de Tigris net even buiten Mosul. Naast alle gebroken potten trof hij een groot aantal kleitabletten aan. Ze waren verschillend in grootte, maar meestal 17 bij 22 centimeter, of zoals later werd ontdekt: 12 bij 16 Soemerische vingers van 14 millimeter elk. Die tabletten waren overdekt met spijkerschriftkarakters die met een scherpe pen waren gemaakt. In die tijd was er veel te doen over deze manier van schrijven, maar niemand had het ooit kunnen ontcijferen. Spijkerschrift-inscripties werden voor het eerst aangetroffen in de vijftiende eeuw in het voormalige Perzische Rijk, om precies te zijn in de ruïnes van Persepolis, de oude hoofdstad van Koning Darius I.
In 1472 beschreef de Venetiaanse ambassadeur aan het Perzische Hof, Giosophat Barbaro, die tabletten voor het eerst. Later verhaalden de Portugese gezant aan hetzelfde hof, Antonio de Gouvela en ontdekkingsreiziger Pietro della Valle er ook over. Laatstgenoemde nam de eerste exemplaren van de kleitabletten mee naar Europa. Gelukkig kon niemand in die tijd dat spijkerschrift lezen. Want als de Paus had kunnen kennisnemen van die teksten en ontdekt had dat de Aarde om de Zon draaide en ook dat de Bijbelse versie van de Zondvloed slechts een slap aftreksel was van de sage van Gilgamesh, of dat een groot deel van Genesis geïnspireerd was op Soemerische legenden, dat de kleitabletten met grote zekerheid voorgoed achter de Vaticaanse deuren zouden zijn verdwenen.
De opgravingen worden bekend gemaakt..
Consul Botta kreeg al snel genoeg van het verzamelen van potscherven en kleitabletten. In 1842 ontmoette hij in Mosul de jonge Engelsman Henry Layard. Ze raakten goed bevriend en brachten de tijd door met het roken van opium en hasjiesj. Omdat de Engelsman doodziek werd van al die drugs stopte hij ermee. Botta vertelde hem van zijn opgravingen en Layard toonde veel interesse. Samen beklommen ze de heuvel van Kunjundsjik en Layard was er onmiddellijk van overtuigd dat het een zeer interessante archeologische vindplaats was die serieus onderzoek alleszins rechtvaardigde. Maar Layard moest voor een diplomatieke missie naar Istanboel en noch jij noch Botta hadden de beschikking over de vereiste geldmiddelen en het gezamenlijke project liep dus op niets uit. Botta verloor de moed echter niet.
In 1843 ontving hij een toelage en begon de naastgelegen heuvel van Khorsabad af te graven. Hij vond het allereerste Assyrische paleis, dat van Koning Sargon II die dit zomerverblijf in 709 v.C. in de buurt van Ninive had laten bouwen na zijn verovering van Babylon. De opgravingen brachten een grote hoeveelheid waardevolle gebruiksvoorwerpen, bas-reliëfs, standbeelden van gevleugelde stieren en veel meer aan het licht. Het meeste ervan belandde in het Louvre Museum in Parijs, met uitzondering van een bootlading schatten die in het midden van de Tigris zonk toen de harde stroom een ponton van haar kabels had getrokken.
Ninive wordt ook ontdekt..
Ongeacht hoeveel fameuze dingen door zijn opvolgers werden opgegraven, zal Botta toch altijd worden herinnerd als de ontdekker van de Assyrische beschaving. Hij stelde Layard ook in staat om Ninive te ontdekken en het paleis van Koning Assoerbanipal met de tienduizenden kleitabletten. Toen Botta Mosul in 1848 verliet, verzocht hij de nieuwe Franse consul, een architect genaamd Victor Place om de opgravingen langs de Tigris voort te zetten en alle vondsten door te sturen naar het Louvre.
Toen Layard in Mosul terugkwam, maakte hij een aanvang met het blootleggen van de heuvel van Nimrod (het oude Calah), waar hij een aanzienlijke hoeveelheid bas-reliëfs en standbeelden aantrof, die hij allemaal naar het British Museum in London liet verschepen. Maar het succes van Layard op de heuvel van Nimrod zorgde er niet voor dat zijn interesse van het eerste uur – Kunjundsjik – verwaterde, want daar hoopte hij nog steeds de overblijfselen van Ninive, de oude hoofdstad van Assyrië, te vinden.
En dus ging hij daar weer opnieuw aan de slag.
Eerst groef hij een 6 meter diepe schacht en stuitte vervolgens op een massieve laag van bakstenen. Van daaruit liet hij in alle richtingen verschillende tunnels graven. Hij vond zodoende een grote zaal met een reusachtig portaal dat geflankeerd werd door twee gevleugelde stieren. Gedurende een maand groef hij diverse terrassen uit bij Kunjundsjik en toen ontdekte Layard negen grote kamers aan van het paleis van Sanherib, die van 704 tot 681 v.C. had geregeerd en een van de wreedste en machtigste koningen van de Assyriërs was geweest.
Iedere dag bracht weer nieuwe ontdekkingen: standbeelden, bas-reliëfs, complete muren van schitterend geglazuurde stenen, mozaïeken van spijkerschriftkarakters in betoverend witte en turquoise tinten. Op die plek vond Layard het nu zo befaamde albasten bas-reliëf van de gewonde leeuwin, dat nu in het Britisch Museum te bewonderen is. Maar Layard dankt zijn voorname plaats in de geschiedenis zelfs niet aan al die onschatbare voorwerpen uit het paleis van Sanherib. Wat hem werkelijk zo beroemd maakte was een ontdekking die hij later op dezelfde plek deed met de hulp van zijn assistent Hormuzd Rassam.
In die tijd stonden de Fransen en Engelsen op nogal gespannen voet met elkaar, zeker in de Arabische regio. Om wrijving te voorkomen, hadden Botta en Layard min of meer een demarcatielijn getrokken dwars door de opgravingen bij Kunjundsjik en zij werkten allebei aan hun eigen kant. Maar op een dag toen zijn Franse collega niet aanwezig was, besloot de assistent van Layard, Rassam, een tunnel te graven die recht onder het Franse grondgebied liep. Door een onvoorstelbaar groot toeval stuitte hij op de bibliotheek van Assoerbanipal, de Assyrische koning die ooit tussen 669 en 628 v.C. regeerde.
Deze bibliotheek bevatte meer dan vijftigduizend (!) kleitabletten met daarop in spijkerschrift de grootste verzameling wetenschappelijke en geschiedkundige kennis van die tijd, overgeleverd door verschillende oude beschavingen. In 1846 had een Engelsman, Henry Rawlinson, inmiddels het spijkerschriftalfabet ontcijferd door gebruik te maken van een tekst die in drie verschillende talen gegraveerd stond in een gevonden stuk steen in Behistun, in Perzië, uit de tijd van Darius I, 2.500 jaar eerder.
Er was niemand in Mosul die de pas ontdekte kleitabletten kon lezen en dus werden ze verscheept naar het museum in Londen, waar ze nog eens meer dan twintig jaar lang opgeslagen bleven liggen in een kelder vol met andere gevonden voorwerpen. Rassam had de kleitabletten van Kunjundsjik in 1850 gevonden.
De vertalingen.. Over de.. Ark van Noah..
Tweeëntwintig jaar later, in 1872, begon een jonge Britse Assyrioloog, George Smith, ze te vertalen. Alweer door puur toeval en met het nodige geluk ontdekte hij het fantastische verhaal over de Soemerische held Gilgamesh, diens vriend Endiku en Utnapishtim, de vriend van de goden, die was gewaarschuwd voor een grote zondvloed.
Ze bouwden een ark en ontkwamen aan het dreigende water en strandden op de berg Nisir. Smith had de indruk dat hij dit verhaal al eens eerder had gelezen, ergens in de Bijbel alleen met andere namen. Wat hem nog meer verwarde was het feit dat de spijkerschrifttabletten die hij aan het vertalen was in 700 v.C. geschreven bleken, maar verhaalden van voorvallen die drieduizend jaar eerder hadden plaatsgevonden, ruim voordat de tabletten werden beschreven. De sage van Gilgamesh en zijn vrienden was ouder dan de Bijbel; de Hebreeën die de Heilige Schrift hadden geschreven, hadden zich laten inspireren door de Soemerische legende en verzonnen het opgesmukte verhaal van Noach en zijn Ark.
Gelukkig ontbrak er een hoofdstuk in het verhaal over Gilgamesh. In de kelders van het British Museum kon men nergens een ontbrekend kleitablet vinden. Vermoedelijk was het lang geleden tot stof vergaan, maar Smith kreeg grote aandrang om naar Ninive af te reizen en hij probeerde iedereen ervan te overtuigen dat het kleitablet nog ergens in de ruïnes van Kunjundsjik moest liggen. Het moest alleen nog even gevonden worden… Smith overtuigde een paar belangrijke figuren die, na het lezen van het onvoltooide verhaal, nieuwsgierig waren geworden naar het laatste hoofdstuk over Gilgamesh en zij verschaften het benodigde kapitaal voor de missie.
Smith kwam in 1873 aan in Mosul en hij had slechts een paar dagen nodig om het ontbrekende kleitablet te vinden. De goedertierenheid der goden had zich weer eens laten gelden. Smith zocht nog verder en ontdekte een verdieping lager in het platgebrande paleis nog eens meer dan 3.000 kleitabletten. Ze waren allemaal prachtig geconserveerd en Smith redeneerde dat de zware houten vloeren van het paleis tijdens de verwoesting als een soort grote oven moet hebben gewerkt, De gebakken kleitabletten werden daardoor voor vele duizenden jaren beschermd tegen verpulvering.
Gilgamesh compleet..
Nadat hij de missie tot een volmaakt einde had gebracht, keerde Smith terug naar Londen, vertaalde en publiceerde het teruggevonden laatste hoofdstuk van de held Gilgamesh en ontdekte nog een aantal interessante verhalen op de tabletten die hij had meegenomen. Een inscriptie van honderdvijftig regels verhaalde over de zesjarige oorlog die Sanherib voerde, hoe hij Hizkia, Koning van Juda, versloeg, hoe hij daarbij zesenveertig van diens steden verwoestte en de ruïnes ervan overdroeg aan zijn geallieerden, de koningen van Gaza, Hebron en Asjkelon.
Het verhaalt vertelt ook hoe Koning Hizkia zijn leven redde door het betalen van een losgeld van 300 talenten zilver en 30 talenten goud, dat tegenwoordig zou overeenkomen met ongeveer 8.000 kilo zilver en 800 kilo goud. Dit document is het enige dat hetzelfde verhaal uit de Bijbel staaft. Smith ontdekte ook dat Koning Assoerbanipal, die historisch gezien een van de wreedste tirannen was, in werkelijkheid een soort genius was, die zelf kennis had verworven van alle bekende wetenschappen waaronder astronomie en wiskunde.
Assoerbanipal gedroeg zich niet zoals latere christelijke veroveraars. Hij vernietigde geen enkel document dat hem in handen viel. Alle buitgemaakte zaken werden zorgvuldig geconserveerd en meegenomen naar Ninive, waar zijn schriftgeleerden de documenten vertaalden en registreerden om vervolgens in de bibliotheek te worden opgeslagen. Nu kunnen we wel zeggen dat Assoerbanipal de eerste ‘Assyrische Encyclopedie’ aanlegde en eigenlijk zou zijn beeltenis moeten staan in de gebouwen van alle hogere opleidingen in plaats van al die onwetenden die geloofden dat de Zon om de Aarde draaide.
Onder de door Smith vertaalde tabletten waren er die alleen maar getallen bevatten, enorm grote getallen, blijkbaar afgeleid van zeer ingewikkelde berekeningen. Maar in 1875 gaven archeologen al net zoveel om getallen als tegenwoordig. De kleitabletten werden opnieuw weer opzij gelegd en raakten in de vergetelheid…
En toen ineens…
Tot vandaag ben ik er nog niet achter wanneer en waar iemand besloot om die wiskundige tabletten alsnog te gaan bestuderen, maar de vertaling naar ons decimale systeem werd een paar jaar geleden uiteindelijk gepubliceerd. Een getal stak er met kop en schouders bovenuit omdat het bestond uit vijftien cijfers: 195.955.200.000.000. Dat benadert bijna de 200 biljoen, meer dan de afstand tussen Aarde en Zon, als iemand zo idioot zou zijn om die afstand te meten in millimeters!
Vele specialisten in verschillende landen hebben getracht te achterhalen wat dit fantastische getal drieduizend jaar geleden kon hebben betekend voor de Assyriërs, die nou niet bepaald uitblonken in wiskunde of astronomie. Blijkbaar had Assoerbanipal dat getal kennelijk ergens in Egypte gevonden, of in Perzië, of misschien wel in het rijk van de Chaldeeën.
Persoonlijk kwam ik achter het bestaan van het getal in 1955, toen ik net in Californië was aangekomen. Ik vond het in een net uitgegeven boek en besteedde er geen speciale aandacht aan. Toen iemand mij in 1963 in Parijs vertelde over de Mayakalender die ook werkte met dergelijke grote getallen, herinnerde ik me het getal uit Ninive. Ik begon te vermoeden dat er mogelijk een verband bestond tussen de beschavingen van de Assyriërs en de Maya’s. Toen maakte ik enkele berekeningen die aantoonden dat het getal uit Ninive kon worden verkregen door 70 zes keer te vermenigvuldigen met 60.
De kracht van 60..
Op een dag herinnerde ik mij dat meer dan drieduizend jaar geleden de Soemeriërs al berekeningen maakten die gebaseerd waren op veelvouden van 60. We weten eigenlijk nog steeds niet precies wie de Soemeriërs waren en waar ze vandaan kwamen, maar we hebben ondekt dat zij waarlijk deskundige astronomen waren die op de hoogte waren van de omloopperioden van alle planeten in ons Zonnestelsel met inbegrip van Uranus en Neptunus. Zij waren het die de dag verdeelden in 86.400 seconden met 24 uren van 60 minuten en 60 seconden elk. Direct realiseerde ik me dat het getal uit Ninive een heel erg lange tijdspanne in seconden vertegenwoordigde! Het duurde niet lang om erachter te komen dat het getal uit Ninive met zijn vijftien cijfers gelijk was aan 2.268 miljoen dagen van elk 86.400 seconden.
Dat was een goed uitgangspunt maar gaf nog altijd geen antwoord op de vraag wat die lange tijdperiode van meer dan 6 miljoen jaar betekende. Hij was zonder meer langer dan het tijdperk van de mens op Aarde. Toen schoot de gedachte me te binnen dat de slimme Soemeriërs ook kennis hadden van allerlei zaken die te maken hadden met astronomie, waaronder de precessie van de dag- en nachteveningen – de verdraaiing van de Aardas rond de pool op de ecliptica. Die beweging heeft een cyclus van 9.450 miljoen dagen of ongeveer 26.000 jaar.
Toen ik het Ninive-getal deelde door de precessiecyclus, ook wel ‘Het Platonische Grote Jaar’ genoemd, kreeg ik de grootste verrassing van mijn leven ooit. De som kwam uit op 240 Grote Jaren van 9.450 miljoen dagen elk. Ik bemerkte dat de vijftien cijfers op het kleitablet van Ninive voor de Soemeriërs gelijk stond aan 240 omwentelingen van de seizoenen langs de dierenriem, uitgedrukt in seconden… Niet in dagen of jaren zoals onze hedendaagse astronomen wel aanhouden. Ik kon niet anders dan concluderen dat het enorme getal van Ninive best weleens het lang verloren magische getal kon zijn, ‘De Grote Constante van het Zonnestelsel’, het getal waarnaar alchemisten, astrologen en astronomen sinds mensenheugenis op zoek waren, terwijl hun voorouders er al 3.000 jaar eerder mee bekend bleken te zijn.
Natuurlijk moest ik mijn gelijk aantonen en al te moeilijk was dat niet. Als het grote getal van Ninive inderdaad de grote constante van het universum was, moest het een nauwkeurig veelvoud opleveren van om het even welke omloopperiode of samenstand van elke willekeurige planeet, komeet of satelliet in het Zonnestelsel. Ik was er wel enige tijd mee zoet, maar de uitkomst was zoals ik had verwacht. Iedere omloopcyclus of samenstand van alle hemellichamen in het Zonnestelsel waar ik de constante op had losgelaten, correspondeerde op een aantal decimalen precies met de waarden die Amerikaanse astronomen hebben berekend en gepubliceerd in de hedendaagse tabellen. De officiële Franse tabellen vermelden een paar kleine afwijkingen voor de waarden van Uranus, Neptunus en Pluto, maar komen voor de rest ook prefect overeen met mijn uitkomsten.
Ik ben bij al mijn rekenwerk niet een keer tegengekomen dat ook maar een enkele waarde niet een breuk tot op vier decimalen nauwkeurig was van de grote constante van het Zonnestelsel. Voor mij toont dit onomstotelijk aan dat de Constante van Ninive een echte zonneconstante is die tot op de dag van vandaag net zo waardevol blijkt te zijn als toen hij vele duizenden jaren terug werd berekend. Er is echter sprake van een kleine discrepantie met betrekking tot het zesde cijfer achter de komma als de Constante van 2.268 miljoen dagen wordt gedeeld door tropenjaren.
Klein verschil van… 1/12.000.000 van één dag per jaar…
Het verschil komt overeen met twaalf miljoenste van een dag per jaar, zo minimaal, dat het me behoorlijk wat tijd kostte om dat te achterhalen. Overigens doet die minieme afwijking niets af aan de validiteit van de Constante van Ninive. Het tegenovergestelde is het geval: deze afwijking, hoe klein ook, biedt ons de geweldige gelegenheid om precies te berekenen wanneer de Constante van Ninive zelf werd bepaald. Hedendaagse astronomen hebben met behulp van hun Cesium-atoomklokken vastgesteld dat het tropenjaar als gevolg van de oneindig kleine afremming van de Aardrotatie per jaar zestien miljoensten van een seconde korter wordt.
Dit hielp mij weer bij het berekenen van de echte leeftijd van de Constante van Ninive en leidde uiteindelijk tot de ontdekking dat de grote constante van ons Zonnestelsel, die bij toeval werd gevonden in de koninklijke bibliotheek van Koning Assoerbanipal precies 64.800 jaar geleden werd berekend, plus of min een paar jaar. Om precies te zijn bracht die discrepantie van 1,0368 seconden waarover ik het hiervoor nog had, gedeeld door de jaarlijkse afname van het tropenjaar met 0,000016 seconden mij op het cruciale getal van 64.800 jaar, de echte ouderdom van de Constante van Ninive.
De geschiedenis gewoon op de schop..!
In het licht van deze ontdekking lijken het verre verleden waarin de Cro-magnonmens de wanden van de grotten van Franse Lascaux beschilderde, of de tijd dat de tempels van Tiahuanaco in Bolivia werden gebouwd, of de verdwijning van Atlantis, zo’n twaalfduizend jaar geleden, allemaal redelijk recente historische gebeurtenissen. Zelfs de oudste legenden die ons vertellen over de Egyptische chronologie die teruggaat tot het jaar 49.214 v.C., of de Mayakalender die begint in het jaar 18.633 v.C., of zelfs de Hindoeïstische Mahabharata uit 7.116 v.C., of de Byzantijnse of Scandinavische oorsprong der tijden uit respectievelijk 5.509 en 4.713 v.C. lijken nu stuk voor stuk heel geloofwaardig en geheel waarheidsgetrouw.
Een van de recentere ontdekkingen die ons een blik gunt op de vroege mens vond plaats in de bergketen van Del Mar in de buurt van San Diego, Californië. Daar werd de schedel van een Homo Sapiens of Cro-magnonmens gevonden, die door Dr. Rogers – directeur van de Wetenschappelijke afdeling van het Museum of Man in San Diego en Dr. Bada, professor maritieme biologie aan het Scripps Institute for Oceonagraphy gedateerd op meer dan 50.000 jaar oud en mogelijk zelfs op 65.000 jaar.
Beide wetenschappers waren het erover eens dat de hersenen in die schedel groot genoeg moeten zijn geweest voor de hoogste vorm van intelligentie en dat de betreffende persoon genoeg kennis moet hebben gehad om astronomische waarnemingen te kunnen doen. Mogelijkerwijs moet hij zelfs in staat zijn geweest om ingewikkelde wiskundige berekeningen à la de Constante van Ninive uit te voeren. Jammer genoeg zullen we nooit te weten komen of deze man op Aarde werd geboren of afkomstig is geweest uit een buitenaardse beschaving.
Een bijzondere mijlpaal..
De enige zekerheid die wij hebben is dat meer dan 50.000 jaar geleden zeer hoogbegaafde mensen op onze planeet hebben gelopen en dat is iets dat veel verder gaat dan alle tot nu toe geponeerde wetenschappelijk stellingen over de menselijke evolutie. De ontdekking dat onze voorouders 65.000 jaar terug uitgebreide kennis over het Zonnestelsel hadden dan wij is in één woord verbijsterend. Allereerst valt de oorsprong van de Constante van Ninive precies samen met de plotselinge verschijning van de Cro-magnon-mens, de eerste mens met een herseninhoud die gelijk is aan de onze, het allereerste succesvolle resultaat van een programma voor de verbetering van het menselijk ras.
Zijn primitieve voorganger had niet meer dan 800 kubieke centimeter herseninhoud. De moderne mens in de westerse landen heeft een gemiddelde inhoud van ruim 1.600 kubieke centimeter. Maar als mensen die 65.000 geleden op Aarde waren de zogenoemde primitieve mens uit het Stenen Tijdperk zouden zijn geweest, die volgens antropologen net in staat waren om een vuursteen te modelleren, konden zij toch zeker niet in staat worden geacht de Constante van Ninive te berekenen, want kennis over de dag- en nachteveningen – de langzame westwaartse beweging van een graad per tweeënzeventig jaar hadden ze dan zeker niet, om maar te zwijgen van de omloopcycli van de planeten, waarvan nota bene Uranus, Neptunus en Pluto niet met het blote oog te zichtbaar zijn.
De enig logische conclusie is aan te nemen dat 65.000 jaar geleden astronauten van een andere galactische beschaving onze voorouders bezochten en een begin maakten met de plotselinge evolutie van de Mens door zijn intelligentie te verbeteren. Ze moeten dat om te beginnen hebben gedaan door middel van inseminatie en mutatie en daarna door inwijding in de kennis van astronomie, wiskunde, metallografie en ander geheimen der beschaving.
Dit alles kon hebben plaatsgevonden in de interglaciale periode tussen de Eerste IJstijd en het Wurm glaciaal, toen de Vega de poolster was en het klimaat op Aarde ongeveer hetzelfde was als tegenwoordig, als we mogen afgaan op de klimatologische cyclus van 21.000 jaar die is ontdekt in de aardlagen uit het Carboon. Het was een ideale tijd voor het scheppen en tot wasdom brengen van een nieuw menselijk superras.
Maar hoe kunnen we dat bewijzen?
In 1928 bemerkten radioamateurs in Frankrijk, Duitsland, Noorwegen en Nederland een eigenaardig verschijnsel. Wanneer zij een serie signalen in alle richtingen uitzonden, ontvingen zij twee series echo’s terug in plaats van één. Normale echo’s gaan de Aarde rond, waarbij ze steeds tegen de ionosfeer kaatsen. Ze komen daarna altijd terug met een normale vertraging van 1/7 van een seconde.
De abnormale echo’s daarentegen die zij ontvingen, kwamen terug na een interval die varieert tussen 3 tot 15 seconden, alsof ze tegen een of ander voorwerp op een afstand van 450.000 tot 2.250.000 kilometer, maar in ieder geval net iets verder weg dan de Maan kaatsen. Zoals gebruikelijk werd dit zo geheim mogelijk gehouden en na verscheidene jaren was men het zelfs helemaal vergeten. Lees hier over vijf van de meest voor de hand liggende verklaringen van vertraagde echo’s.
Duncan Lunan
Een paar jaar geleden kwam een jonge Schotse astronoom, Duncan Lunan, op een briljant idee. Hij dacht dat die signalen best wel eens afkomstig konden zijn geweest van een buitenaards ruimteschip dat op ongeveer dezelfde afstand als de Maan in een baan om de Aarde cirkelde en dat de intervalvariatie van de uitgezonden signalen en hun echo een intelligent gecodeerde boodschap zou kunnen zijn in de vorm van geometrische figuren of zelfs een kaart van en sterrenbeeld, zoals in 1968 al door Bracewell was gesuggereerd.
Met behulp van de televisietechniek van zoveel punten per lijn en zoveel lijnen per beeld, zette Lunan de verschillende intervallen op een kaart zoals zou zijn gebeurd op een televisiescherm. Toen kreeg hij achter elkaar verschillende tekeningen van dezelfde constellatie, vanuit verschillende hoeken gezien, maar met dezelfde ster als middelpunt. Lunan zegt in zijn boek ‘Man and the Stars’ dat het hem als sterrenkundige niet veel tijd kostte om te achterhalen dat de centrale ster Epsilon Boötis was in het sterrenbeeld Boötis, dat door onze voorouders Izar werd genoemd en dat op ongeveer 103 lichtjaar, ofwel 978 biljoen kilometer van planeet Aarde staat.
Een van de belangrijkere ontdekkingen van Lunan was dat de constellatie van Boötis op zijn kaarten niet precies dezelfde was als die we tegenwoordig vanaf Aarde zien en hij ontdekte een verklaring. De grote ster Alpha Bootis, ofwel Arcturus een van de snelst bewegende sterren aan het firmament is. Hij heef teen hoekverdraaiing in zuidwestelijke richting van 2,29 boogseconden per jaar en hij verplaatst zich in slechts 800 jaar over een afstand die ongeveer zo groot is als de diameter van de Maan.
Volgens Lunan staat Arcturus nu ongeveer 7 graden verder dan op de Kaart, hetgeen inhoudt dat de kaart ongeveer 11.000 jaar geleden moet zijn vervaardigd en verzonden. Arcturus beweegt echter niet met constante snelheid en als we rekening houden met een gemiddelde van slechts 2 boogseconden per jaar, komen we uit op een datum van 12.600 jaar geleden die overeenkomt met die van de andere sterren in het sterrenbeeld.
Als we aannemen dat een buitenaards ruimteschip op dit moment rond de Aarde cirkelt, dan kwam dat ongeveer 13.000 jaar terug op zijn huidige positie aan. Nadat de inzittenden in die tijd vanuit hun baan om de Aarde de configuratie van de constellatie van hun eigen Boötis zagen, hebben ze sindsdien voortdurend signalen uitgezonden en gewacht tot menselijke astronomen intelligent genoeg waren geworden om ze te begrijpen.
En toen rond 1900 de eerste radiosignalen vanaf Aarde werden uitgezonden door Marconi, Tesla en vele anderen, wisten de Izarianen dat ze beet hadden. Ze begonnen de signalen vanaf Aarde terug te sturen met verschillende intervallen in de vorm van een code in de vorm van een kaart van de constellatie van Boötis met Izar als centrale ster.
Voor mij is het meest controversiële van dit hele verhaal niet zo zeer de kaart van de constellatie op basis van die intervallen tussen de verschillende signalen van het buitenaardse ruimteschip, Die intervallen zijn altijd gelijk aan een bepaald aantal seconden maar, zoals bekend, is de seconde de uitvinding van de mens en niemand anders. Tot nu toe hebben de Soemeriërs alle lof toegezwaaid gekregen voor het fantastische idee om de zonnedag te verdelen in 86.400 gelijke tijdseenheden die wij seconden noemen.
Met andere woorden: deze buitenaardse astronauten van een verre planeet ergens in de diepe ruimte, die gedurende 13.000 jaar om onze planeet hebben gecirkeld in een ruimteschip, wisten vanaf het allereerste begin dat het mensenras de zonnedag in 86.400 seconden verdeelde. En hoe kon de Mens dat nu weten, tenzij de buitenaardse bezoekers zelf die verdeling hadden verzonnen en naar Aarde waren afgedaald om de mens te leren hoe hij de seconde kon gebruiken om het verstrijken van de tijd te meten.
En dan wordt alles ineens duidelijk..!
De zeven en de negen zijn altijd heilige getallen geweest. Hun product vermenigvuldigd met 100.000 geeft ons 6,3 miljoen jaar. Dat weer vermenigvuldigd met 360 dagen van het jaar en met de 86.400 seconden van de dag, geeft als uitkomst de mysterieuze Constante van Ninive van 195.955.200.000.000 seconden. En omdat we weten dat de Constante van Ninive overeenkomt met de precieze lengte van de siderische en tropische jaren zoals die 64.800 jaar geleden gold. Het heeft er alle schijn van dat de buitenaardse astronauten van Izar rond die tijd of mogelijk iets later op Aarde zijn geland.
Wat daarna gebeurde, blijft vooralsnog een raadsel. Het is best mogelijk dat ze, na inseminatie en opleiding van het mensenras, weer terug gingen naar hun planeet om verslag uit te brengen over hun missie en 13.000 jaar geleden nog een keertje terugkwamen om te kijken of de Mens al een beetje geciviliseerd was. Toevallige was dat overigens net in de periode waarin de beschaving van Atlantis hoogtij vierde, zo’n 1.000 jaar voor de vernietiging ervan door een of andere kosmische ramp. Het zou best weleens zo kunnen zijn dat overlevenden van Atlantis of hun nakomelingen nog steeds ergens rond planeet Aarde cirkelen en ons van tijd tot tijd bezoeken.
Er is echter nog iets anders aan de hand met de ontdekking die aan het briljante brein van Duncan Lunan is ontsproten. Zoals ik al eerder opmerkte is het onverklaarbaar dat het vroegere menselijke jaar op Aarde 360 dagen duurde, omdat er geen enkel astronomisch fenomeen mee overeenstemt. Maar het kon natuurlijk bepaalde betekenis hebben voor buitenaardse astronauten die om onze planeet cirkelen.
Het gebroken jaar..
Gedurende een aards jaar van 365¼ dagen zou hun ruimteschip soms dichter bij de Zon komen en dan weer wat verder weg zijn. We zullen later zien dat een Zonnejaar van 360 dagen overeenkomt met een afstand tot de Zon die 1,00968 keer korter is dan de huidige afstand tot de Aarde. Als we voor planeet Aarde een gemiddelde afstand van 149,60 miljoen kilometer aanhouden en een 360 dagen durende omloopbaan voor de minimum afstand van het Izariaanse ruimteschip, dan komen we voor dat ruimtevaartuig uit op een minimale afstand tot de Zon van 148,165 miljoen kilometer en een maximum afstand van 151,035 miljoen kilometer hetgeen overeenkomt met een Zonnejaar van 370½ Zonnedagen.
Voor de Izarianen zou dat betekenen dat ze in een circulaire baan op een gemiddelde afstand van Aarde van 1,35 miljoen kilometer zouden vliegen. Het is overigens aannemelijk dat het ruimteschip van tijd tot tijd naar een andere, elliptische baan opschoof om zo wat dichter bij planeet Aarde te komen om de bewoners beter te kunnen observeren en er zon odig ook te landen. In dat geval zou de kleinste afstand tot Aarde ongeveer 450.000 kilometer kunnen zijn en dat komt ongeveer overeen met de afstand tot de Maan en dus ook met de minimale vertraging van de echo’s.
Er schijnt nog een aantal andere conclusies getrokken kunnen worden uit de ontdekking van Lunan, maar daar kom ik wegens plaatsgebrek graag op terug in een volgend boek. Laten we het er voorlopig op houden dat de ontdekking van het Izariaanse ruimteschip de oorsprong van de Constante van Ninive voor een groot deel verklaart.
Waarom dit getal…?
Men kan zich afvragen waarom de Constante van het Zonnestelsel al 64.000 jaar geleden moest worden berekend. Het is waarschijnlijk dat het gebeurde op een belangrijk moment van speciale samenstand van de planeten in ons Zonnestelsel. Als mijn conclusies juist zijn was er in die tijd een vijfvoudige samenstand van de buitenste planeten – Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus – in volmaakte uitlijning met de Zon, een verschijnsel dat uiterst zeldzaam is en zich slechts eens in de 4.627 jaar voordoet. Persoonlijk heb ik wat met het getal 64.800 omdat het precies zes keer het getal 10.800 is – het heilige getal van de Chaldese en Hindoe astrologen, waardoor het niet anders kan zijn dan dat 64.800 al ver voor hun tijd een heilig getal moet zijn geweest.
Het getal 360 en zijn producten 10.800 (30x), 86.400 (240x) en 432.000 (1.200x) komen voor in veel heilige teksten en legenden uit het verre verleden. Waarom gebruikten de Maya’s, de Soemeriërs, de Chaldeeën, de Babyloniërs en de Egyptenaren zulke enorme grote tijdperioden in hun berekeningen, die allemaal het product waren van 360 dagen of jaren? Die keuze moet toch ergens op gebaseerd zijn geweest, en ik zie hier maar twee mogelijke verklaringen voor. Ofwel werd het getal van 360 hun gegeven door astronauten uit een nader sterrenstelsel, ofwel was de lengte van de zonnecyclus precies 360 dagen lang. De eerste verklaring is heel goed mogelijk, de tweede een stuk minder, maar ook weer niet helemaal onmogelijk.
De ontdekkingen door Johannes Kepler die leidden tot zijn Wetten, laten zien dat de afstand tussen Aarde en Zon 1,009684 keer korter moest zijn geweest dan tegenwoordig, om uit te komen op een zonnecyclus van precies 360 dagen. Op het eerste gezicht lijkt dat een onmogelijkheid, maar toch weer niet helemaal wanneer we er de theorieën over de planeet Venus bijhalen die in een ver verleden ons Zonnestelsel kwam binnenzeilen en door onze Zon gevangen werd. Aarde had zeker ook te maken met die gevangenneming en werd mogelijk verder uit haar baan geduwd, waardoor ons Zonnejaar langer werd.
Het is dus mogelijk dat heel lang geleden ons jaar precies 360 dagen duurde en de Constante van Ninive toen gelijk stond aan 6,3 miljoen jaren van 360 dagen van 86.000 seconden elk. Zoals we later zullen zien, is er nog een andere verklaring en wel die van een langere dag van 24,35 uur als gevolg van de sterkere aantrekking door de Maan die op enig moment veel dichter bij onze planeet stond. Dat kan ook verklaren waarom de Constante werd berekend in stabiele seconden, in plaats van dagen die door de eeuwen heen langzaam kon variëren.
De verschillende Aarde-cycli..
Als je na verloop van tijd gewend raakt aan de idee dat alles dat in het Zonnestelsel plaatsvindt, wordt geregeld door een constante, ben je eenmaal zover om een van de grotere mysteries in de menselijke geschiedenis te kunnen doorgronden, namelijk de regelmatige terugkeer van de ijstijden, die een belangrijke rol hebben gespeeld in het bestaan van de primitieve mens en in de ontwikkeling van onze huidige beschaving. We zijn er nagenoeg zeker van dat de periodieke invasie van het poolijs wordt veroorzaakt door verschillende, elkaar overlappende astronomische cycli. Een paar van die cycli kennen we al, maar andere zijn nog steeds onderwerp van verhitte discussies, waardoor ze mijn bijzonder aandacht hebben.
- De eerste van die cycli is de precessie van de equinoxen, de axiale precessie genoemd, ofwel de rotatie van de as van ons planeet rond de pool van de ecliptica. Deze duurt ongeveer 26.000 jaar.
- De tweede cyclus is die van de variatie van de excentriciteit van de baan van de Aarde om de Zon, die een lengte heeft van ongeveer 104.000 jaar.
- En de derde cyclus is de combinatie van de eerste twee cycli en deze zorgt voor de variatie in temperatuur en vochtigheid op onze planeet. Deze cyclus duurt ongeveer 21.000 jaar.
- Bij de vierde cyclus komen we bij die van de variabele schuinstand van de rotatie-as van de planeet in relatie tot de ecliptica en hij duurt ongeveer 42.000 jaar.
- De vijfde cyclus, een combinatie van alle hiervoor genoemde cyclische veranderingen plus mogelijk nog een of twee onbekende factoren, is die van de IJstijden. Dit is de cyclus die door geen enkele wetenschapper op precies dezelfde manier wordt verklaard. Iedere geoloog houdt er zo zijn eigen theorie op na en wijst alle andere resoluut van de hand.
Ik ben geen geoloog en kan daarom zeggen wat ik denk. Laat me allereerst verklaren dat de glaciale perioden elke 126.000 jaar of zo terugkeren, met een warmere periode van ongeveer 42.000 jaar tussen de twee koudste ijsperioden, gevolgd door een langere en warmere periode van ongeveer 84.000 jaar met een iets koudere periode ergens in het midden daarvan. Er zijn ongeveer vijf van dergelijke periodes nodig, ofwel 630.000 jaar om de hele gekoppelde cyclus te herhalen.
De theorie komt overeen met de Constante van Ninive.
Mogelijk is het opgevallen dat bovengenoemde cycli allemaal min of meer veelvouden zijn van een gemeenschappelijk factor – een tijdperiode van 5.175 jaar die ik ‘de bouwsteen’ van de IJstijden noem. Als de constante van 2.268 miljoen dagen wordt gedeeld door 1.200, komen we uit op een bouwsteen van 1.890.000 dagen ofwel 5.167,648 jaar. Dat benadert die 5.175 jaar en komt ook wel heel erg in de buurt van de Grote Cyclus van de Maya’s die gelijk was aan 5.163 jaar. Onze bouwsteen kan daarom worden vereenvoudigd tot 5.175 jaar en als we die toepassen, krijgen we resultaten die, met uitzondering van de Muhlberg en Wurm ijstijden, heel dicht in de buurt komen van de data die door een aantal hier niet nader te noemen geologen worden genoemd.
Een van die twee perioden, het Muhlberg-glaciaal genaamd, laat slechts een glaciale periode zien, terwijl het Wurm er drie heeft. Dat lijkt moeilijk uit te leggen, tenzij wordt uitgegaan van de grote glaciale cyclus van 630.000 jaar met afwisselende heel warme en heel koude periodes van elk 315.000 jaar. Dat zou een beletsel hebben kunnen zijn voor het optreden van de eerste ijstijd in het Muhlberg ongeveer 350.000 jaar terug en zou de mogelijke oorzaak van de derde ijstijd in het Wurm die nog maar 20.000 jaar geleden eindigde en de Grote Zondvloed veroorzaakte door de snel smeltende ijslaag.
Met dit gegeven kunnen we nu berekenen hoe lang geleden de hoogtepunten van de afzonderlijke ijstijden zich mogelijk hebben voorgedaan: in de Gunz-ijstijd was dat 599.600 en 558.200 jaar terug, tijdens de Mindel-ijstijd 475.400 en 434.000 jaar geleden, in het Muhlberg-tijdperk 309.800 jaar terug, tijdens de Riss-ijstijd 227.000 en 187.600 jaar geleden en tenslotte tijdens de Wurm-ijstijd was dat achtereenvolgens 102.800, 61.400 en 20.000 jaar geleden.
Als deze chronologie correct is en er niets verandert in ons Zonnestelsel, hoeven we ons geen enkele zorg te maken over de twee volgende ijstijden. Die worden dan pas over 21.400 en 62.800 jaar verwacht en dus hebben we ruimschoots gelegenheid ons voor te bereiden en te verhuizen naar tropische gebieden, als dat nodig mocht blijken.
Nog meer verrassingen in de Constante..
De Constante van Ninive heeft nog meer verrassingen voor ons in petto en ik kan er maar niet genoeg van krijgen. Een voorbeeld is het geval van de planeet Pluto. De baan van Pluto ligt niet in hetzelfde vlak als die van de andere planeten. Pluto’s baan heeft een inclinatie van 17 graden. Dat werd in januari 1930 door de astronoom Clyde Tombaugh ontdekt, toen Pluto toevallig net op dat moment door het baanvlak van de Aarde bewoog – een gebeurtenis die zich pas weer zal voordoen in 2048 wanneer de planeet zal terugkeren in de zuidelijke hemisfeer. Bijkomstig gegeven is dat Pluto slechts met de allersterkste telescopen zichtbaar is en zijn beweging kan alleen maar met opeenvolgende foto’s weergegeven worden..
Alles bij elkaar wijst dit erop dat onze voorouders nooit op de hoogte konden zijn geweest van het bestaan van deze planeet. En toch wisten ze dat naar alle waarschijnlijkheid wel! De omlooptijd van Pluto wordt door Amerikaanse astronomen geschat op 90.465 zonnedagen. Maar soms, zoals in het geval van komeet Kohoutek in 1975, zitten astronomen er weleens naast. Sinds de ontdekking heeft Pluto slechts een vijfde van zijn reis om de Zon afgelegd en dus kan er sprake zijn van een kleine observatiefout. Een verwaarloosbare vergissing in de berekening van het lange jaar van Pluto. Het zij hun vergeven..!
Pluto.. de onbekende..
Laten we dus veronderstellen dat het echte Pluto-jaar in werkelijkheid 90.720 Zonnedagen duurt. De Constante van Ninive is precies gelijk aan 25.000 omwentelingen van Pluto en het is niet meer dan toeval dat hij ook gelijk is aan 240 precessiecycli van de equinox. Het lijdt geen enkele twijfel dat onze voorouders moeten hebben geweten van het bestaan van Pluto en zijn omloopjaar samen met het Grote Jaar hebben gebruikt als basis voor de grote constante van het Zonnestelsel, ofwel de Constante van Ninive.
We zullen moeten wachten tot het jaar 2178, wanneer Pluto zijn eerste omloop rond de Zon sinds zijn ontdekking zal voltooien, om de lengte van zijn siderische jaar precies te kennen. Als het 90.720 dagen is en niet de 90.465 dagen volgens de voorlopige metingen, zullen we meer bewijs krijgen over de Constante van Ninive. Vreemd genoeg komt het getal van 90.720 dagen ook voor in de Soemerische berekeningen van de constante.Wat we nog steeds niet weten, is wie die astronauten waren die kennis over Pluto aan onze voorouders hebben overgedragen.
Maar wie het ook zijn, de astronauten informeerden onze voorvaderen ook over het bestaan van Proserpine, een planeet die vele malen groter is dan onze Aarde, die op een afstand van bijna tien miljard kilometer van de Zon staat, met een omloopperiode van 512 Aardse jaren. Niemand op Aarde kan beweren dat hij of zij ooit een blik heeft opgevangen van Proserpine en ik betwijfel zelfs heel erg of hij ooit te zien zal zijn vanaf de Aarde. En toch bezaten onze voorouders kennis over deze raadselachtige planeet.
Sommigen zullen misschien opkijken van mijn bewering dat onze voorouders kennis hadden van de planeten Uranus en Neptunus en over de precessie van de equinoxen. Veel auteurs die zich bezighouden met de verbazingwekkende kennis die onze voorouders kennelijk hadden van astronomie, delen mijn bewering. Een goed voorbeeld is de planeet Uranus, die normaal gesproken niet met het blote oog te zien is, maar van tijd tot tijd ineens opduikt met een schijnbare diameter die groter is dan Mars wanneer die het dichtst bij de Aarde staat. Uranus was al lang bekend voordat hij in 1781 officieel werd ontdekt door Sir William Herschel, maar het duurde enige tijd om vast te stellen of het een planeet was of een ster.
De oude astronomen konden ook al de versnelling of vertraging hebben opgemerkt van een bekende planeet als die een andere onbekende planeet passeerde. Bij de laatste samenstand van Uranus en Saturnus op 4 mei 1942 bedroeg de versnelling van Saturnus in februari 2 minuten per dag, in maart 4 minuten, 6 in april, 8 in mei, 7 in juni, 6 in juli, 4 in augustus en weer 2 minuten per dag in september toen de conjunctie van die twee planeten weer voorbij was. Volgens dezelfde methode werd Neptunus in 1846 tegelijkertijd ontdekt door Urbain Leverrier in Frankrijk en door J.C. Adams in Engeland.
De samenstand van de planeten..
Er gaat een verhaal over een grote samenstand van planeten die zal plaatsvinden op 10 mei 2000. Zeven planeten op een lijn met de Zon. Sommigen hebben uiting gegeven aan hun angst, dat een gebundelde aantrekkingskracht oorzaak kan zijn voor enorme vloedgolven en aardbevingen op onze planeet. Anderen voorspellen dat Californië in tweeën zal breken langs de San Andreasbreuklijn en in de Grote Oceaan zal verdwijnen. Voor mij als inwoner van San Diego is dat alleszins een geruststellende gedachte, maar ik raak er ook van over mijn toeren omdat ik allang heb besloten om na mijn pensioen lekker op Tahiti te gaan wonen.
Voor de grap heb ik echter wel een paar berekeningen gemaakt om te kijken hoeveel invloed de gecombineerde zwaartekrachten van die zeven planeten op ons planeetje kan uitoefenen. Zoals iedereen wel weet is de zwaartekracht recht evenredig met het product van de massa’s van de objecten en omgekeerd evenredig met de wortel uit hun onderlinge afstand. De planeet waarvan de aantrekkingskracht de grootste invloed op Aarde uitoefent is Venus, maar die bedraagt niet meer dan 1/180 van de aantrekkingskracht van onze Maan. Jupiter heeft ongeveer ¼ van de aantrekkingskracht van Venus; Mars is ongeveer 100 maal zwakker; Saturnus trekt even hard als Mars en Pluto tenslotte staat zo ver weg dat de aantrekkingskracht slechts twee miljoenste is van die van de Maan.
Sommigen kunnen zich afvragen of de banen en omloopperiodes van kometen ook overeenkomen met de Constante van Ninive. Van de kometen die regelmatig terugkomen bij onze Zon is niet vastgesteld dat ze enige relatie met de Constante hebben, maar de omloopperiodes van de zeldzamere exemplaren passen daarentegen wel perfect in de Constante. Whistons komeet bijvoorbeeld maakt 10.800 omwentelingen rond de Zon in 2.268 miljoen dagen, terwijl de komeet van Crigg in dezelfde tijd 37.800 rondjes draait. Halley, die in februari 1986 het dichtst bij de Zon kwam, draait 81.000 revoluties in 2.268 dagen!
Ik kan dit hoofdstuk niet afronden zonder iets te zeggen over het mogelijke bestaan van nog een paar planeten voorbij Pluto. Op dit moment zijn er voor zover ik weet tenminste drie kandidaten. Ten eerste is er de planeet die door Brady ‘Proserpine’ wordt genoemd – dezelfde naam die ook door onze voorouders aan dat hemellichaam werd gegeven. Volgens Brady staat de planeet 64 keer verder weg van de Zon dan planeet Aarde en heeft hij 512 jaar nodig voor een omwenteling om de Zon. De Constante van Ninive berekent een omloopperiode van 187.005 dagen.
De volgende is de planeet van William Pickering, die op basis van de Constante een jaar moet hebben van 238.536 dagen, dat overeenkomt met 653 jaren op Aarde. Als laatste kandidaat is er de planeet genaamd Schuette en zoals de Constante uitwijst zou die een revolutieperiode hebben van 246.951 dagen of ongeveer 676 jaar. Het zou best kunnen zijn dat het in alle drie gevallen om een en dezelfde planeet gaat – de roemruchte Proserpine die door drie onafhankelijke astronomen bij drie verschillende gebeurtenissen op drie verschillende posities en op drie verschillende afstanden werd waargenomen.
Dat alles verklaart echter geenszins hoe onze voorouders konden weten van het bestaan van Proserpine en ook geeft het geen antwoord op de vraag wie hen vertelden dat Mars twee satellieten heeft, Jupiter vier, Saturnus zeven en Uranus twee. En hoe konden de Dogon – een primitieve stam in Mali – weten dat een reusachtige planeet in 50 jaar een rondje aflegt om ster Sirius?
Ik wil hier op geen enkele wijze de indruk wekken dat ik volledig overtuigd ben van het bestaan van buitenaardse beschavingen en vliegende schotels, maar de eerlijkheid gebiedt mij te moeten opmerken dat we ons in aller gemoed kunnen afvragen hoe onze verre voorouders uit het Stenen tijdperk al deze kennis van de astronomie en wiskunde kennelijk bezaten. Een ding is zeker, ze hebben het nooit op eigen houtje kunnen uitvinden. Iemand heeft ze daarbij moet helpen, een god misschien, een astronaut.
x
* * *
Januari 2016:
De negende planeet.. Een mind-boggling idea..
Wetenschappers hebben de nieuwe planeet niet waargenomen, maar het bewijs ervoor is gebaseerd op berekeningen. Uitgangspunt voor die berekeningen is een groep kometen en andere objecten die de Kuipergordel worden genoemd, naar de Nederlandse astronoom Gerard Kuiper die in 1951 voor het eerst over de kometengroep publiceerde. De Kuipergordel is een verzameling van allerlei objecten, zoals rotsblokken en dwergplaneten. De manier waarop enkele van die objecten zich bewegen, zou het bestaan van de negende planeet kunnen verklaren. Deze planeet zou volgens de berekeningen 1 tot 10 keer zo zwaar moeten zijn als de aarde en er 20.000 jaar over doen om rond de zon te draaien. Er wordt al langer geschreven over het bestaan van de planeet, maar deze wetenschappers hebben voor het eerst een sluitend theoretisch model gepresenteerd dat het bestaan kan verklaren…
Goed verhaal Jan. Thanxzz
Heel interessant, en natuurlijk bijzonder om te vinden en om mee te werken !, wanneer we er van uit gaan dat de mensheid begonnen is met denken in de steen tijdperk, blijven we natuurlijk nergens, de mensheid is al millioenen jaren op de planeet aarde aanwezig.
Met vallen en opstaan zijn wij tot hier gekomen, China was op het sterren gebied en ook meetkunde ver voor op de andere aanwezige volkeren, in de tijd van de Xjing dynastie bouwden men steden op sterrenbeelden gestoeld.
De strijd wagen met de in het midden gelegen as, was duizenden jaren eerder bekend in China als in klein Azie en later Egypte.
De hele buiten aardse hypothese even vergeten, er is ontzachelijk veel verloren gegaan, door het – de natuurlijke fenomenen, en kijk wat er nu weert plaats heeft in de oude cultuur landen.
Zijn deze platvorms in het universum niet door mensen handen gemaakt, om eventuele uitroeing van het denken te voorkomen, wat gaan we nog allemaal vinden op de andere planeten in de toekomst, het stuk mecanique gevonden op Mars, wat betekend dat, komen we weer bij die ouwe Machiavelle, dat er tussen hemen en aarde meer is ?
Bedankt voor dit mooie en boeiende geschrift, Jenne
Eindelijk, wat ben ik hier blij mee dat er weer een wijsneus op staat en de zaken goed onderzoekt. Jaren lang laat ik me hier al over uit en ben vaak bespot. Nu kunnen ze het eens van een ander horen/lezen.
Chapeau Jan Smith, de geschiedenis moet herschreven worden want er klopt geen barst van.
Nog even een aanvulling op het verhaal van Jan Smith.
http://beforeitsnews.com/conspiracy-theories/2016/01/judge-for-yourself-spectacular-discoveries-video-2473658.html
De oudste lees tekens, zijn gemaakt en gevonden in het gebied van de Vinca Donau civilisatie, in het tegenwoordige Serbië.
Dat het een ouder cultuur gebied is als Mesopotamië, en Egypte staat buiten
kijf.
Maar door ook in de Archeologische wereld voorkomende Elite, met hun specifice voorkeuren, vaak politiek gekleurd, worden ons leugens en onwaarheden opgediend.
Neem de moeite en bekijk de archeologische gevonden voorwerpen, en de vele vele geschriften, en het is Europees, direct verwant met de andere culturen, o.a. de Etrusquen.
Hallo Jenne, allereerst dankjewel voor je reacties hier op dit artikel. Ik heb eens even gezocht op die Vincabeschaving, die inderdaad onderdeel uitmaakt van wat wel wordt genoemd de ; Donaubeschaving’. Er is tot op heden een discussie over de gevonden kleitabletten. Het is naar mijn mening eigenlijk een puur semantische discussie of die tekentjes nu tot een schrft behoren of gewoon wat tekeningetjes betreffen. (ik gebruik termen die ik ook op andere sites heb gelezen, de woordkeuze is niet van mij dus). Maar waar het mij om gaat is, dat van de Sumeriërs in ieder geval vastgesteld is dat zij in hun tijd al hoge kennis in huis hadden over wiskunde en astronomie. Iets dat van de vroege Europese culturen niet gezegd kan worden omdat daarvan geen bewijs is aangetroffen. (nog niet) zelf denk ik dat er voor de Sumeriërs ook weer andere beschavingen op Aarde hebben rondgelopen, maar dat is al zo vreselijk vroeg geweest dat elk spoor daarvan in de tijd verdwenen is. Jammer.
Beste Mijnheer Jan Smith, De historie die wij voor geschoteld krijgen, is die van enkele elite super Guru’s, ik hoef U de namen niet te noemen, zij maken uit wat wij moeten geloven, ik ga hier niet over in detail treden, maar als U een belezen Archeologische liefhebber bent, van de werkelijke civilisatisch, en niet wat de laatste mode opgegraven voorwerpen zijn.
De klasse van de Egyptologen, dulden geen enkele concurentie, ze zijn in wezen nog erger als de politiek, ze verdraaien en liegen er maar op los, tot dat het tegendeel van hun beweringen niet meer te ontkennen valt.
Waarom zijn alle gevonden inschriptisch en in klei gedrukte tekens in noord Africa en klein Azië wel serieus te nemen, en belangrijker, als de door carbon dating is vast gestelde veel oudere tekeningen in klei en hout gegrift, gevonden in de het Donau bekken.
Er zijn heel veel bjzondere vondsten gedaan in Europa, zo hier en daar, en bewijzen voor enorme handels routes van uit Europa, van goud – brons – koper – zilver richting Nijl delta.
Interessant is ook dat de Egyptenaren hun 2 wielige gevechtswagen , af keken van hun vijanden die uit de Caucasus kwamen, maar dat de Chinezen al over strijdwagens 2 duizend en meer jaren over de 2 wielige strijd wagens beschikten, met een centrale as, waar de Egyptenaren weer veel later toe over gingen van wege een betere bestuurbaarheid.
De hele archeologische wereld, de Musea en hun wereld, is een maffia, de Musea hangen en liggen vol met gestolen artifacten, als of zij er de meesters créateurs van waren.
Vriendelijke groet Jenne
zo goed beschreven zo helder ,zou tegenwoordig iedereen moeten doen.
Ben blij dat er nog mensen zijn die dat willen doen en niet als zevele ons Dom houden.Heel veel energie om door te gaan
bvd otto
Het is toch allemaal niet zo verwonderlijk, de Dogon people, wisten al heel lang geleden van de zuster planeet van de Orion planeet, hun inschriptisch op de rots wanden in het land waar ze woonden, en hun prachtige brons panelen goten, die later van de deuren van hun huizen zijn afgerukt door de Britten toen die boel even flink hebben uitgeroeid, en nu in het Britisch museum hangen, mijn vader heeft mij verteld dat tijdens het dansen deze Dogon mensen met hun helmen met antennis er op, suizend praten, die zelfde taal geluiden werden voort gebracht door de bezoekers van Oreon, zeiden zij als er nu eens echt geco’ordineerd zou worden gekeken wat de oude restjes van de natuur volkeren ons hebben nagelaten, ook wat er over al bij privé dieven en instituten in de kelders ligt, en daar bij moeten zeker geen carriere archeologen aan zitten !
Jenne dat klopt. The Dogon tribe. Ik hoorde voor het eerst van hun in onderstaande docu, indrukwekkend! “Secret life of Plants”
Zie vanaf 1u07min de beelden van de Dogon tribe uit 1973 en hun connectie met de cosmos.
https://www.youtube.com/watch?v=sGl4btrsiHk
http://www.youtube.com/watch?v=sGl4btrsiHk
The Sigi ritual – dance. The sacret dance for the star Potollo (waar alle leven en kennis vandaan komt)
The ceremony of the Sigi wordt elke 50 jaar opgevoerd.
Sirius A, B én C
Ja verdomd, ben ik altijd mee in de war, Odeon en Sirius, who knows why, maar het is natuurlijk Sirius A-B en C, zo als Guido.J aangeeft.
Mooie achtergrond info van de sumerische tabletten in dit verhaal.
Van wat ik er onlangs van heb gezien in diverse filmpjes, is de mens een product van genetische manupilatie en niet van inseminatie. Iets wat bewezen kan worden doordat de mens 46 chromosomenparen heeft met de info daarin van 48 chromosomen; iets wat niet voor kan komen in de natuur.
Het vreemde aan dit verhaal is dat een ruimteschip zoveel duizenden jaren de aarde zou observeren. Hebben ze niets beters te doen? hahaha..
Die zondvloeden en ark van Noah, is volgens deze onderzoeken te verklaren doordat Planet X, de buitenste van zijn zonnestelsel, eens in de zoveel tijd onze zonnestelsel doorkruist.
De Black dwarf heeft miljoenen ijzeren brokstukken van ca 30 kg per stuk om zich heen.
De voorspellingen zijn niet zo best. Zie de diverse linkjes die ik heb geplaatst.
Extreem hoge temperaturen, ijzeren hagel, tsunami’s van tientallen kilometers, elektromagnetische stormen..
Het verklaart een hoop vreemde zaken die we de afgelopen jaren zijn tegengekomen. Voorbeelden; Wallmarts die binnen 1 dag leegstaan. De DUMBS geruchten, geruchten over de nieuwe kustlijnen, de chemtrails die de hemellichamen verbergen etc.
Er is heel veel info beschikbaar van de astronomen die hier tientallen jaren onderzoek naar hebben gedaan; de komst van Planet X en zijn zonnestelsel.
Tip van John Moore; “je moet in staat zijn om de science van de science fictie in alle publicaties te kunnen onderscheiden”
Tussen zo’n grote hoeveelheid lezers hier op WTK is er dan niemand bij die ook een interesse heeft in de cosmos en de gebeurtenissen daarin omtrent Planet X, naast Jenne en Cozmic dan?
Het is angstvallig stil rondom dit topic.
Ja het filmpje van John Moore en anderen kan overkomen als een doodsvonnis en misschien niet zo fijn om dat ‘over je heen’ te krijgen?
Ik heb in 2014 iets gezien in de lucht waarvan ik nu nog steeds niet weet wat het geweest kan zijn. Ik zat in de tram in Utrecht en net voordat deze de bocht door ging zag ik een mega grote planeet en het leek zo dichtbij, zo even in een flits tussen de wolken. Ik heb geen ervaringen met visioenen zo op klaarlichte dag. Maar wat zou het anders geweest kunnen zijn? Blue beam? Echt kan het niet geweest zijn.
Visioenen van water overal en verdrinking heb ik wel vaker gehad en nu soms nog, waar je gewoon een ziek gevoel aan overhoudt. Herkenbaar voor iemand? Angst om voor gek versleten te worden? Of angst voor de gevolgen? Angst om er aandacht aan te geven dat het gaat groeien? Nou ik denk dat dit fenomeen niet zal groeien of krimpen door er al dan niet aandacht aan te geven. Als het onze tijd is, dan is het onze tijd. Daar verander je niets aan.
Met alles wat we nu weten en waarnemen, kun je er bijna niet omheen dat daarboven momenteel veel te zien is, wat verborgen zit achter de chemtrails. Sommige denken nav de sheldon niddles verhalen gered te worden door aliens, anderen denken het te kunnen beïnvloeden ala de theorie van Masuru; positieve gedachten en groepsmeditaties. Anderen denken dat ze kunnen jumpen naar hun binaire zelf als de tijd daar is? Maar misschien is het inderdaad allemaal heel erg opgeklopt en is Niburu allang gepasseerd en is er niets gebeurd. En dan ja de voorspelling, ja daar heb ik echt altijd een bloedje dood aan gehad maar nu kom ik er dan toch zelf mee. maart/ april 2016 zijn de geruchten.
ik vind wel mooi hoor, zelfs gisteren op reguliere suf science tv geven ze toe dat er ergens in de buurt een geheimzinnige zeer zware planeet (dwerg ster bruin stelsel) moet zijn
Hé Hyper :-), ook dit waait wel weer over in mei 2016? of Niet? 😉
Ik vind het wel boeiend al die info over onze cosmos. Nog ff en dan kan ik alle planeten uit mijn hoofd opzeggen….
In 1983, scientists observed a mysterious planet-sized object at the edge of our solar system. Was it the long sought-for Planet X? Since then, NASA has done their best to disprove its existence. Could the government be hiding a whole planet? Why would they do this?
(incl. Sitchin en de sumerian tablets)
https://www.youtube.com/watch?v=bK_zndhEnSM
Ooit heb ik een bericht in de Haagse Courant uitgeknipt waarin gemeld werd dat er een onbekende planeet in ons zonnestelsel ontdekt was, ik hoop dat ik het nog een keer terug kan vinden. Het werd beschreven als DE verklaring van de verstoring tussen de planeten en het cirkelde de zon in tegenovergestelde richting van de andere planeten. Het trok mijn aandacht omdat ik in die tijd het boek over de twaalfde planeet had gelezen.
Sun, bad moon rising, al die grote quasi wetenschapplrlijke otganisatisch zo als de NASA, dienen twee meesters, de éérst en belangrijkste de millitaire, in opdracht van de financiers, het kwaad dus, de rest is spielerij, aan de mensen of mensheid is ze niets gelegen, het is een grote zwendel, en ze dienen heel andere meesters zo als alles wat met hen samen gaat, tijdschriften, nu ja te veel om op te noemen, maar verheug je er maar in, zij maken geen enkele kans tegen het echte natuur geweld, of de natuur wonderen, waar van wij er één zijn, groetjes Jenne
Mooi gezegd Jenne, de Nasa, militair én spielerei. Hollywood en Disney 😉 De maanlandingen zijn iig dáár gefabriceerd en nog wel meer space shit.
Ik geloof niet meer in onheilsteigingen van buitenaf.
Ik herken me echter wel in Sun haar visioenen over watervloed, heb daar lang last van gehad. Echter in mijn geval niet over verdrinking, maar bij mij wel allerlei onheilspellende zaken in de lucht.
Daarnaast jarenlang een soort van ‘angst’ gehad voor vliegtuigen die neerstorten op bebouwing.
Voor de Bijlmerramp was dat al aanwezig en het stopte pas na 9/11.
Ja, nog ff en het gaat hier ook over Wilders, nazi’s en zionisten…..
Jouke,
waarom zou een planeet geen andere draai richting kunnen hebben, en hoe groot is ons zonnestelsel eigenlijk, en wat is tijd, niet het luiden van de toren klok, we schijnen 4% van het universum te kennen, volgens Einstein werken de magnetische wetten contra, wij denken altijd aan magneten als aantrekken, maar ze stoten ook af in dien op de juiste wijze zijn geplaatst, en dat is wat er plaats vind in het universum volgens Einstein, het universum exspanseerd, hij zou gelijk kunnen hebben.
Mijn vader kon heel kwaad worden als hij iets aan het lezen was over het universum of etnologie, dan riep hij, Gv de ju ja, wat weten we nu eigenlijk wel niets niets, en dat is natuurlijk ook zo, maar ik heb sterk het vermoeden bij het ouder worden, dat wij met allerlei dingen bezig zijn, maar wat helemaal niet de bedoeling is, en ver boven onze pet gaan, en wat doen we met al dat weten, in boeken schrijven en in grote bibliotheken opslaan, en dan weer gouw vergeten, en na een periode begint het hele gebeuren opnieuw, dat is het mens zijn, groet Jenne
Jouke, alles heeft met alles te maken toch? Kan deze constante besproken worden zonder voorbij te gaan aan Nasa die claimt te weten hoe het zit? En alle wat daartussen zit? Want alles wat daartussen zit is mede gebaseerd op de aannames van het heliocentrisch model toch? En als dat niet blijkt te kloppen dan storten er nogal wat aannames van anderen ook in, die gebaseerd zijn op heliocentriek. En dus ook betreffende een mysterieuze planeet, of een Niburu, of een constante van Ninive, of, of, of, toch? Wat nemen we aan als waarheid, vanuit welk punt vertrekken we, en verklaren we wat er om ons heen gebeurd?
Sun en Anna, er is mij wel eens uitgelegt, dat water waar je als Foetus in verblijft, voor dit soort water trauma’s kan staan, het is nog al een heel precies en exstreem iets van water in de grote wereld vol lucht en ruimte terecht te komen, we nemen veel gebeurtenissen vaak te eenvoudig aan, terwijl ze heel complex zijn !
Jenne, met tegenovergestelde draairichting bedoel ik dus “Orbit”. Zie het maar als een spookrijder op een drukke rotonde.
Jouke, ja dat had ik begrepen, de klap bij een botsing komt natuurlijk veel harder aan als, wanneer twee voorwerpen zich in de zelfde richting voort bewegen.
En van richting aanwijzers hebben ze natuurlijk nog nooit gehoord, die stomme alians.
Anna 8.7
Wij de mensen overschatten ons zelf schromelijk, wat een zelf ingenomenheid, wij denken alles te weten, en daarbij komt dat we ons zelf als het middel punt van het universum beschouwen, waar alles om zou draaien.
Dat we misschien unieke wezens zouden zijn, dat zou kunnen, en dat onze planeet misschien niet uniek, maar wel een van mooiste uit het melkweg stelsel is, en van daar uit gezien, zouden we wel eens wat zuiniger op onze planeet mogen zijn.
Ik vind trouwens dat het besturen van deze planeet in handen thuis hoort van zijn bewoners, en niet in handen van 62 rijke psychopaten, gewoon opsluiten, en de fondsen verdelen, ieder één rijk, en dan naar een andere dimensie om te leven, beetje utopies, misschien !
Hoi Sun,
wilde nog even het volgende kwijt (de heliocentrische kijk even voor het gemak)…
In verhouding is de wetenschap tot nu toe alleen bekend met een deel van het heelal ter grootte van het rode gedeelte van een lucifer. Dus niet echt veel.
Eigenlijk waren het altijd 9 planeten vanuit de zon (Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus en dan Pluto). Daarom hadden ze het over planet x (de 10e planeet) maar eigenlijk is het de 9e, omdat er Pluto niet meer als planeet wordt beschouwd, maar als dwergplaneet.
Russische wetenschappers zeiden in de 70er jaren dat ze nog een 10e planeet hadden ontdekt, daarna heeft niemand meer iets ervan gehoord.
Sommige mensen denken dat het om de onheilbrengende planeet Nibiru gaat, die de aarde zal vernietigen. Toen had de wetenschap het afgedaan als een mythe.
Sinds deze maand (afgelopen weken) is het allemaal veranderd.
Twee wetenschappers uit de VS, Michael E. Brown en Konstantin Bataygin, zeggen dat ze de planet x oftewel Nibiru hebben gevonden.
Het enige breekpunt is tot nu toe, ze konden de planeet nog niet zien.
Wat ze hebben geobserveerd is, dat ver ver buiten aan de rand van ons zonnestelsel bepaalde regelmatigheden van de baan van asteroïden zichtbaar zijn. Deze kunnen alleen ontstaan als een planeet door zijn eigen massa, asteroïden in deze baan stuurt.
Daardoor is er opheldering mogelijk over de grootte van deze nog onzichtbare planeet, ook als je hem zelf nog niet hebt gezien. Deze planeet die ervoor verantwoordelijk is, is ca. 20 keer zo groot als de aarde.
Nu kan men zeggen, wat een onzin, als ik er geen zie, dan is er ook geen planeet. Maar bij alle anderen planeten die ontdekt werden, ging het op dezelfde manier. Eerst een teken van…en dan de ontdekking.
De bewijzen van de wetenschappers worden als steekhoudend en waarschijnlijk beoordeeld door de rest van de wetenschap. Men gaat ervan uit dat ze idd de existentie van de 9e planeet konden nawijzen.
De afstand van de planeet naar onze aarde is gigantisch.
De wetenschappers berekenden dat deze planeet 20 keer verder van ons weg is dan Neptunus. Het zijn ca. 86.120.000 km. Hij ligt dus niet om de hoek.
De wetenschappers gaan ervan uit, dat het alleen een vraag van tijd is tot men de eerste opnames te zien krijgt.
Vanuit de wetenschap is de zaak, zeg maar, geklaard. De vraag is nu, is deze planeet ook de gevreesde planeet Nibiru?
Als dat zo is, dan zou zich Nibiru op collisiekoers met de aarde bevinden. Maar ook hier, de wetenschappers hebben berekend, dat de vaste baan van planet x, 10 tot 20.000 jaren nodig heeft om een keer om de zon heen te lopen, dat duurt even.
Voor mij is het allemaal niet te berekenen en ook niet te overzien. We zouden dan weer in de tijd van de ‘onheilsvoorspellingen’ terecht komen. Dus, gaat het gebeuren of niet… soort Krösa Maja uit Lönneberga 🙂
Ik denk dat we voorlopig geen ‘last’ van Nibiru zullen ondervinden.
Maar wel van al die technische ‘hoogstandjes’ op aarde.
Lieve groet!
Jouke (8.3) Sitchin. Ik zag onlangs ook een filmpje over binaire zonnestelsels. Daar heb ik ook wat mee. Idd die verklaring van die jij toen dus als ergens las, keert nu in veel filmpjes terug.
hehe, waar bleven jullie nou?? 😉
(Nat Coole en Auswitsch hebben we een paar jaar geleden al gehad, was toen schokkend.) Wat Arnold ook zei, fijn om daar hierover te kunnen bomen. Helemaal mee eens!
Jenne, klopt helemaal wat Nasa betreft. De filmpjes betreffen dan ook geen formele Nasa filmjes, eerder zogenaamde uit de school klappers. John Moore is ook geen ex-Nasa, maar een oorlogsveteraan. Hij vertelt zo mooi; die moet je ech zien Jenne! 🙂
Ik ga het linkje nogmaals voor je opzoeken in afwachting wat je van hem vindt 🙂
Anne, ik spreek wel meerdere idd die ook iets hebbe met dat water/ zondvloed. pfff. Als het zo is, dan doen we er niets aan.
Hoi Monika, wat je hier allemaal opsomt dat komt ook allemaal terug in alle youtubjes die ik hier heb geplaatst afgelopen dagen. Echter 1 aanvulling daarop; de ontdekking is al veel eerder gedaan in de jaren 80 toen de satellieten uit 1972 en 1973 daar waren gearriveerd.
Maar top dat je dat allemaal hier benoemt, voor wie de Engelse taal niet beheerst.
Ik vind het allemaal uiterste interessante info.
ook voor jou; kijk eens naar de youtubje van John Moore, die is érg boeiend. Wel een soort van koude wake-up call maar heel erg uitgebreid van diverse informatiebronnen en wat er allemaal speelt.
Coz, dat zal dan medio 1983 geweest zijn dat krantenartikel. Ontdekt door de Pioneer 10 1972 en Pioneer 11 1973 die rond die tijd (1983) dit hebben kunnen waarnemen.
Monika, het zou maar zo kunnen zijn dat het klopt wat je zegt over de afstanden. Echter Herrington en Sitchin (jaren 80) denken daar anders over. Totale orbit mogelijk van 3600 jaar. De ontdekking dat die zonnestelsel waarvan planet X de buitenste zou zijn, over ca 20 jaar onze zonnestelsel zou kunnen bereiken zou de reden zijn dat na de 1e krantenberichten in de jaren 80 er niets meer over vermeld is.
Hierbij de link van de charmante en zeer welbespraakte John Moore. Misschien té charmant om betrouwbaar te zijn, komt wel over alsof hij de boel niet oplicht, maar ja met MK Ultra is alles mogelijk.
De intro de eerste 20 seconden is erg schreeuwerig.
https://www.youtube.com/watch?v=ciKCAmHa1lU
http://www.youtube.com/watch?v=ciKCAmHa1lU
Uranus draait in tegengestelde richting:
http://www.brederoschool.net/index.php?page=153§ion=13
Als waterman van Uranus kan ik dat weten 🙂
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/astrologie/2803-horoscoop-planeet-uranus.html
Ja die astrologie fantasten, aannames en niets anders, te vergelijken met de Enkhuizer almannak, maar je mag er in geloven, is wel zo gemakkelijk, je volgt het spoor, val je van zelf in je gat !
Presentatie van Lloyd Pye over de Sumerians (Irak),
Wat hadden de Sumerians te zeggen?
De botsing van Nibiru met Tiamat (6 dagen van creatie en 1 dag van rust)
The inuma alish; het ontstaan van de Asteroid belt, het ontstaan van de aarde
De oorsprong & verklaring voor kometen!
Hoe werden de kleitabletten gemaakt? Het gaat om uiterst geavanceerde producten.
Hoe konden ze ooit in die tijd Pluto en Uranus hebben gezien en kunnen opnemen in hun tablets?
Hoe kwamen ze aan al die gedetailleerde kennis, kleuren van planeten etc?
400.000 jaar geleden kwam de Annunaki aan in Irak. Het kamp noemde ze Eden.
Ze creëerden de Adams voor het mijnen van goud.
Uitleg en slides over het creeeren van de DNA van de mens.
https://www.youtube.com/watch?v=mi9N2Rnvc0M
http://www.youtube.com/watch?v=mi9N2Rnvc0M
Sun, de constante van Ninivé
In dit veld van interesses, lopen heel wat mensen met hun eigen, verhalen kalender, ik wil niet beweren dat het charlatans zijn, maar raad je om heel critis te zijn in je benadering en geloven in.
Ook in de Archeologie stikt het van de zelf made Guru’s, die aller eerst hun club de sponcors , musea, universiteiten dus, en hen zelf promoten, daarbij vaak stukjes fantasia land in vlechten.
Het is een hele interessante markt voor het publiseren van boeken over de oudheid, wel of niet waar, maar goed in je enthousiasme, wil je soms wel iets voor zoete koek nemen, niet doen, dit brengt je van de goede weg af.
Hoi Jenne, je moet bij alles wat je tegenkomt onderscheid kunnen maken tussen fictie en science. Er zijn meerdere manieren om dat voor jezelf toe te passen. Kun je een stukje programmering die je reeds hebt loslaten en vervangen door nieuwe programmering?
Wat is feit, wat is fictie? Feiten; aantoonbaar; maar ook voor jezelf na te gaan of alleen door anderen na te gaan en dus afgaan op ‘van horen zeggen’.
Daarnaast bestaat er ook iets zoals vertrouwen hebben in je medemens. Overal kunnen er oplichters opduiken. Waar durf jij op te vertrouwen. Ik heb daar niet zo’n moeite mee.
Als ik verhalen hoor van wetenschapper/ onderzoekers zoals Sitchin en Harrington onafhankelijke van elkaar meer dan 20 jaar onderzoek doen en met de zelfde voor hun aantoonbare feiten komen en als dit wederom door anderen die ook weer onafhankelijk met hetzelfde komen, tja dan kun je jezelf daarvoor afsluiten omdat het niet in je wereldbeeld kan passen. Of je hebt vertrouwen in de mens en in je eigen intuïtie. Rijmt het met je eigen waarnemingen, ervaringen en klinkt het logisch? Kun je ermee resoneren?
Sun,
in mijn jeugd op bezoek in India, en in contact gekomen met het Jaïsme, loop er mijn helen al mee rond te schouwen, en maar kouwen, om het te kunnen begrijpen, en er naar leven, ga soms naar bijeenkomsten en praat met de gene die het uit kan leggen, het is heel mooi, lees er maar eens over, het is de weg voor een persoonlijke mooiere en betere wereld, groet Jenne
P.S. Gandhi was een Jaïns.
Jenne, welke link heeft het Jaïsme met de kosmos of de Sumerian kleitabletten? Misschien kun je dat nog even aangeven? Wedervraag heb je de link van John Moore al bekeken?
Ter aanvulling op 10.1/ 10.2; het draait allemaal om hoe open of closed minded je bent. Velen zijn nog closed minded voor de cosmos.
Wat wil je eigenlijk zeggen met de weg voor een persoonlijke mooiere en betere wereld? Komt dit voort uit de youtubes die geen mooi plaatje schetsen?
Je kunt beide ook los zien. Ik bedoel interesse in de cosmos kun je ook objectief benaderen. In die zin, laat je gevoelens van onmacht, onrecht en angst je niet leiden hierin. Het is zoals het is….
Sun, een link met de Cosmos, ja in wezen is alles één natuurlijk, de ouden haalden hun weten uit de étheré, via inspiratie, of telephatie.
Het stuk land waar jij het over hebt, is hemelsbreed niet zo erg ver van het
land wat nu Pakistan en India heet verwijderd, het word vaak expres over het hoofd gezien, maar er komt veel denken uit dat oude continent, denk hierbij aan Tibet, in veel oude geschriften wordt over de zelfde onderwerpen gesproken als in de oude Euferat en Tigris landen, Sumer had nouwe contacten met die volkeren.
Kijk zelden of nooit op You Tube, en heb John Moore nog niet bekeken, ben in de tuin bezig.
Ik geef je aan om is iets over het Jaïnisme te lezen, zal je boeien, en denk dat het ook bij jouw wijze van hoe je naar de dingen kijkt past.
En die gevoelens die jij schetst heb ik lang geleden al achter mij gelaten, nu ik ga weer verder het weer is redelijk dus, groet Jenne
Hoi Jenne, ok bedankt voor de tip. Nou mocht je er toch ooit aan toe komen om de presentatie van John Moore te bekijken, dan hoor ik graag wat je er van vindt.
Een paar dagen terug stond een artikeltje in de krant dat de Aarde heel lang geleden een frontale botsing zou hebben gehad met een andere planeet en dat de twee planeten één zijn geworden.
In het boek De Twaalfde Planeet werd dat ook beschreven, naar ik meen een botsing met de planeet Tiamat die om Nibiru heen cirkelde.
http://www.enkispeaks.com/Essays/1CelestialBattleNibiru&Tiamat_2.html
En Gij Gelooft Dat?
Lijkt wel een bevruchting haha.
Sperma en eicel worden één 😉
Hoi Coz, dan moet je deze eens bekijken:
Misschien heb je hem al gezien van Loydd Pey. Die zegt dat ook.
Onze aarde een stuk van Tiamat
https://www.youtube.com/watch?v=mi9N2Rnvc0M
ja stond er al; zie 10 😉 <3
Sun, hoop dat je het niet erg vindt dat ik redelijk sceptisch ben tav al deze cosmologie die verondertsteld wordt, en er zijn nogal wat veronderstellingen, die niet bewezen kunnen worden danwel niet bewezen worden.
In dat opzicht vind ik persoonlijk de FE beweging een belangrijke beweging om eerst maar eens te beginnen met de feiten.
Dit, om te beginnen met de feitelijkheid van een geocentrisch of een heliocentrisch model.
Misschien zijn er geniale geesten die nog een ander model kunnen verzinnen.
Voorlopig zijn die er niet.
hmmm http://www.nu.nl/wetenschap/4206198/jonge-aarde-knalde-frontaal-andere-planeet.html
Wie er sperma en eieren in wil zien mag dat uiteraard 😛
Straks ga je me nog vertellen dat sperma en eieren dezelfde afkomst hebben? Ik weet het niet hoor… Als je lang genoeg doordenkt dan komt alles van dezelfde afkomst volgens mij. 😉
Hoi Anna, ik heb al een hele poos niets meer met ‘geloven’ ook niet met ‘overtuigen’ overigens. Ik ben meer van het ‘weten’, ‘intuïtie’, ‘waarnemen’ & ‘verkennen’.
Feit blijft dat de makers van de kleitabletten een paar duizend jaar terug vertelden dat de Aarde 4 miljard jaar terug een frontale botsing had en dat nu de wetenschappers dezelfde conclusie trekken.
Ja klopt Coz, wat ook interessant is, is onze DNA en de zgn ‘leeftijd’ van de mens. Schijnbaar staat in de kleitabletten wanneer de ‘adams’ zijn gemaakt en komt dit overeen met wat de geleerden nu kunnen uitrekenen aan de hand van onze DNA. Namelijk ca. 220.000 jaar oud. Maar goed, ontstaan van onze planeet en van de mens zijn wel 2 verschillende zaken, maar blijkbaar beide in de kleitabletten beschreven.
Voor Sun.
Volgens mij moet jou dit ook wel aanspreken, hoop ik 😉
https://www.youtube.com/watch?v=AJJ_z6pwUrE
Dat hele klei tabletten verhaal is fantastisch en mooi, maar niet goed genoeg, de zondvloed was niet het catastrofal vollopen van de Zwarte zee, maar het miljoenen jaren terug gebeurde, vollopen van de middenlandse zee.
De aarde wordt al heel lang bewoond door een soort mensen, dit bewijst de fondst van een menselijke skelet voet in een 200 millioenen jaren oude kolen afzetting in zuid Afrika.
Gelukkig ontgaat mij de logica over deze fondst, zal wel iets te maken hebben met preglaciale afzetting op de steunbalken in mijn neocortex.
Wat ik hier mee wil zeggen, dat het mensdom, al deze gebeurtenissen al heel lang heeft moeten onder gaan.
De capriolen door de planeten in het universum, ja het lijkt chaotisch maar is dat misschien niet, ook die mooi bedachte hele plausibele verhalen, over bezoeken en kruisigingen met andere levende wezens waar om niet.
Die met een redelijke regelmaat terug kerende klimaats veranderingen, daar zijn bewijzen voor, lijkt mij.
Het is op zich niet zo bijzonder te noemen, maar door al deze regelmatige verwoestingen, gaat natuurlijk bijna alles verloren, wat ze hebben achter gelaten, klei tabletten met mooie te gebruiken verhalen, ja dat is het dan.
In een Pyramide in zuid Amerika gevonden isolatie laag van 35 centimet dikke laag Micca wordt overboord gekiepert, ik bedoel maar !
Ja soms kan het verschrikkelijk moeilijk zijn om verder als gisteren te komen in je denken, lekker dicht bij huis, in de leugens blijven hangen die je denkt te kennen !
Een prachtige foto, skelet van een man, bedolven onder ivoren kralen als het ware, gedateerd op +/- 30 000 jaar oud, nou en, ja dat is het nu maar net, heb je wel eens geprobeerd van een keihard stuk been cq ivoor kralen, te maken ?, en dan dat kleine gaatje er in, wil maar zeggen er is wel iets meer tussen hemel en aarde, Machivelle, wat bezielde die mensen die hun hand contoeren op de rots wanden achter lieten, of 60 000 jaar geleden een mooie kangaroe getekend op een rots in Australië, onze geschiedenis boeken staan vol aannames, en vertellen, wat volgens enkelen, onze geschiedenis is, no way, wij blijven zoeken en denken, wij laten ons niet in slaap wiegen door enige goed te gebruiken verhalen, die pas klaar zijn gemaakt voor de religies van heden !