De magische veerkracht van Niger..!
2022 WantToKnow.nl/be
X
Dat de Sahel vanouds bekend is, door droogte en hongersnood, blijken grote delen ervan tegenwoordig schitterend groen en vruchtbaar te zijn. Er werden de afgelopen decennia maar liefst 250 miljoen bomen geplant, allemaal dankzij lokale boeren, zo leert een rondtocht door Zuid-Niger. Het proces wordt ‘Dan Saga’ genoemd. Dan Saga staat voor stille revolutie..
Dertig jaar geleden was alles hier kaal gekapt, wijst Ali Miko. Nu zijn de akkers waar de 40-jarige boer uit Dan Saga, Zuid-Niger, net zijn gierst en boontjes heeft geoogst, bezaaid met bomen en struiken. ‘In 1984 stonden hier in de regio Maradi twee, drie bomen op een hectare, nu zeker honderd.’ Miko beent met grote passen over zijn akker. ‘Ik heb dertig boomsoorten op mijn land’, vertelt hij trots. Hij laat zien hoe hij jonge sprieten bij snoeit zodat ze sneller groeien. ‘Mijn oogsten zijn drie keer zo groot als vroeger, en zonder kunstmest. Mijn vrouw en ik nemen daarom nog een kind.’
Het is werkelijk een stille revolutie die zich heeft voltrokken in Niger, een van de armste (en, met gemiddeld zeven kinderen per vrouw, snelst groeiende) landen ter wereld. Zuid-Niger WAS een uitgeput, uitgemergeld land, dat in de jaren zeventig en tachtig werd geteisterd door langdurige droogten, misoogsten en hongersnoden, waar de Sahara oprukte en dat alleen nog met westerse voedselhulp leek te kunnen overleven, is veranderd in een groen, vruchtbaar parklandschap..! Magie? Nee hoor, ‘gewoon’.. DE NATUUR helpen te herstellen..
Chris Reij, een expert duurzame landbouw bij het World Resources Institute, kwam deze vergroening twaalf jaar geleden -vooral via satellietbeelden- op het spoor. “Niemand had het in de gaten. Zes miljoen hectare, 250 miljoen bomen, geheel onder de radar gebleven.’
Het bijzonder is dat deze grootste milieuverbetering in Afrika, niet te danken is aan allerelei westerse hulporganisaties, maar aan lokale boeren. Hun geheim? Je ziet ze in de video; het zijn de bomen, en één boomsoort in het bijzonder: de inheemse Gao (Faidherbia albida). In de ogen van agronoom Abasse Tougiani van het Nationaal Instituut voor Landbouwkundig Onderzoek in Niamey, de hoofdstad van Niger, is het een échte wonderboom. Zijn enorme wortelstelsel houdt het regenwater vast en beschermt de bodem tegen erosie. Zijn bladeren nemen stikstof op uit de lucht en geven die als ze vallen als natuurlijke bemesting af aan de grond.
Mirriah: bomen van God
In november, aan het eind van de regentijd, zijn in de velden de gierst en de sorghum al geoogst. Overal zijn zingende dorpelingen bezig samen het graan te dorsen. De korrels worden in manden naar de rumbu’s gebracht, ronde lemen gebouwtjes met rieten puntdak aan de rand van het dorp,. Daar wordt de voorraad opgeslagen totdat ze nodig is. Elders bereiden boeren intussen de ingezaaide moestuinen voor op het zogenoemde ‘andere seizoen’, het contre-saison.
Het cultiveren van alle bomen op de akkers, heeft geleid tot een forse verbetering van de vruchtbaarheid van het land. Een aanpak die agrobosbouw of ‘door boeren beheerde natuurlijke regeneratie’ wordt genoemd. Deze wordt bijna altijd gecombineerd met waterbronnen slaan. Zoals de aanleg van ‘halve manen’ en andere bodemstructuren om regenwater, humus en bemesting op akkers te concentreren en kleinschalige irrigatie. Dat is overal langs de RN1, de hoofdweg van Niamey naar Zinder, goed te zien.
Abdou-Idi (51) plant bij Mirriah sla in zijn tuin, onder een dertigtal enorme Baobabs. Deze bomen leveren een belangrijk deel van het inkomen van zijn gezin van twee vrouwen en 15 kinderen. De bladeren gelden als een delicatesse, ze zijn onmisbaar in de lokale vleessaus en worden vanuit Mirriah, de Baobabhoofdstad van Niger, zelfs tot naar Azië geëxporteerd. Abdou-Idi heeft grote gaten gegraven om zijn tuin te bevloeien. Abdou-Idi demonstreert hoe hij water oppompt en het water in de emmer voorzichtig weer terug giet in het gat. De kostbaarheid van water blijkt overduidelijk uit zijn actie!
Heilige bomen.. En.. de Fransen..
Boeren in Niger en andere Sahel-landen beschermden sinds mensenheugenis de nuttige bomen in hun velden. Zoals de Baobab, de Gao en de Acacia; deze waren van God en zouden er altijd zijn, zo vertelde hun overlevering, generaties na generaties. Maar toen kwamen de Fransen. De koloniale heersers eisten schone akkers in Europese stijl voor de grootschalige teelt van pinda’s en andere cash crops. De bomen werden massaal gekapt met een levenloze woestijn als het uiteindelijke gevolg.
Na de Fransen kwamen de rampzalige droogten van de jaren 1970/1980. De resterende bomen stierven, werden opgestookt door de armsten of moesten wijken voor akkers. Oogsten verslechterden nog meer en de harmattan, de woestijnwind, blies de laatste vruchtbare aarde weg. Een virtuele neergaande spiraal; zoals een boer in Batodi zich herinnert: ‘We hadden allemaal honger, het vee stierf, de mensen trokken weg.’
De omslag kwam begin jaren tachtig vooral, toen Tony Rinaudo, een Australische agronoom, ontdekte dat het struikgewas dat de boeren in Niger elk jaar van hun land haalden, eigenlijk jonge boompjes waren! De verdorde bodem zat nog vol met de wortels van verdwenen bos. Hij beloofde de boeren voedselhulp als ze de bomen voortaan lieten staan.
Een cruciale succesfactor is de eigendomskwestie.
Vroeger waren alle bomen van de staat – behalve zelf geplante bomen –, waardoor boeren geen reden hadden ze te beschermen. In 2004 verkregen boeren het vruchtgebruik van de bomen op hun land. Ze mogen ze alleen niet omhakken en moeten de helft van de houtopbrengst afdragen, en dat is per huishouden soms wel € 250,- per jaar!. Daarmee zijn bomen op de akker nu veranderd in een kostbaar bezit. maar houtdiefstal is een probleem. Vroeger hakte de sultan van Zinder je hand af als je een gao aanraakte, maar die tijd is voorbij.
Veel dorpen hebben comités om hun bomen te bewaken. Moeilijk, zegt Sakina Mati (32) in Dan Saga, we hebben geen mobieltjes om elkaar in te seinen, en voor vrouwen is het lastig dieven aan te spreken. Te meer daar het vaak dorpsgenoten zijn. ‘Ze komen ’s nachts, ik zie het hout later bij hun huizen liggen’, zegt Yacouba in Dakoussa, die zijn akkers met doornhagen tegen dieven en loslopend vee beschermt.
Inwoners van Dan Saga, bakermat van RNA, vertellen een ander verhaal: lokale boeren zouden eind jaren negentig hebben ontdekt dat collega’s die seizoenswerk deden in Nigeria en vaak laat en slordig hun akkers inzaaiden veel betere oogsten kregen dan thuisblijvers die de zaak netjes bijhielden. Bomen en struiken waren blijkbaar nuttig. In no time was het hele dorp om..! De rest is historie en dát verhaal mag feitelijk best wel eens goed worden gedeeld in de media..!