Sinds de mensheid elektriciteit heeft leren beheersen is deze het in steeds intensievere mate gaan gebruiken. Want gemak dient de mens, nietwaar? Wetenschappelijk journalist dr. Arthur Firstenberg geeft in dit boek een meesterlijk overzicht van het gebruik van elektriciteit sinds de uitvinding van de eerste batterij, de Leidse fles. In beeldende taal en uiterst toegankelijk, vertelt Firstenberg hoe die uitvinding voor de opslag van elektriciteit al snel een kermisattractie werd..!
De mensen vonden het elektriseren zeer vermakelijk. Maar de komst van deze nieuwe energiebron heeft ook uitermate nadelige effecten. Die je met gezond verstand bekijkend, alleen maar kunt bevestigen. Firstenberg beschrijft deze impact van de elektrische innovaties op de gezondheid van de mens en op de natuur.
Inmiddels is het gebruik van elektrische en elektronische toepassingen niet meer weg te denken uit onze maatschappij en wordt er volop ingezet op verdere elektrificatie. Kijk eens naar de illustratie hierboven; herkenbaar..? We hebben het dan alleen nog maar even over de beruchte DECT-telefoon, die in bijna ieder huis te vinden is.. En dan zijn er nog vele, vele andere apparaten, die ‘lekker draadloos’ functioneren..
Nog steeds is onze samenleving zich dus nog nauwelijks bewust van de gezondheidseffecten van deze elektro-magnetische straling. Dit boek van Arthur Firstenberg is een ‘must’ voor iedereen die zich met een open mind en omzichtig in de wereld beweegt. Informatie die ESSENTIEEL is voor eigenlijk ieder mens.
* * *
Een geschiedenis van elektriciteit en leven..
‘De onzichtbare regenboog’..!!
2023 © Succesboeken | deze versie WantToKnow.nl/be
x
In de afgelopen 220 jaar is in de samenleving de universele overtuiging ontstaan dat elektriciteit ‘veilig’ is voor de mensheid en de planeet. Wetenschapper en journalist Arthur Firstenberg doorbreekt deze overtuiging, door het verhaal van elektriciteit te vertellen op een manier die nog nooit eerder is verteld – vanuit milieuoogpunt – door gedetailleerd in te gaan op de effecten die deze fundamentele maatschappelijke bouwsteen heeft gehad op onze gezondheid en onze planeet.
In het zojuist verschenen boek ‘De onzichtbare regenboog’ schetst auteur Arthur Firstenberg de geschiedenis van elektriciteit, vanaf het begin van de jaren 1700 tot op heden, waarbij hij overtuigend aantoont dat veel milieuproblemen, evenals de belangrijkste ziekten van de geïndustrialiseerde beschaving – hartziekten, diabetes en kanker – verband houden met elektrische vervuiling.
Mensen, dieren, planten, eigenlijk alles wat leeft zijn biologische organismen.
Wij bestaan uit elektriciteit, of anders gezegd uit energie. Einstein zei het al begin 1900: “Alles is energie.” En al die energie heeft verschillende frequenties, ook in je lichaam. Ben je weleens uit je auto gestapt en kreeg je een schok? Of heb je iemand weleens een hand gegeven en voelden jullie beiden een schok? De statische lading die jullie opgebouwd hadden, was niet afgevoerd.
Frequenties zijn overal in en om ons heen. Ze kunnen ons helpen, ons genezen, maar ons ook ziek maken. Een gezond lichaam heeft een frequentie van 62 tot 78 Hz (herz). Als door elektromagnetische golven – trillingen of frequenties – onze eigen frequenties worden verstoord, zal er ziekte ontstaan. Dit is vrij eenvoudig te meten. Ziekten door verstoorde frequenties kunnen verholpen worden met uiteenlopende behandelingen. Alhoewel niet altijd. Sommige dieren, planten en mensen zijn zo gevoelig dat ze zeer slecht herstellen.
Auteur Firstenberg beschrijft in het boek, met vele voorbeelden, dat het geen ’toeval’ meer kan zijn als veel mensen tegelijkertijd ziek worden als er in een plaats, land of wereldwijd een nieuwe, sterke frequentie wordt gelanceerd.
Over de auteur
Arthur Firstenberg is een wetenschapper en journalist, die het voortouw neemt in een wereldwijde beweging, teneinde het taboe rond elektrovervuiling te doorbreken. Alleen al het oeverloze gekwebbel over welles/nietes, inzake het gevaar van elektro-magnetische straling (EMS), is hem een door in het oog. Deze EMS is gewoon –WETENSCHAPPELIJK BEWEZEN- LEVENSGEVAARLIJK. Het gevaar tegenwoordig s het FEIT, dat deze EMS van alle kanten komt (zie de illustratie over draadloze apparatuur), in relatief lage (maar nog immer schadelijke) doseringen, en er NOOIT nog onderzoek is gedaan naar de ‘cumulatieve schadelijkheid/invloed’ van EMS.
Nadat hij Phi Beta Kappa afstudeerde, als lid van een vereniging van studenten waarvan de leden worden gekozen op basis van hoge academische prestaties, aan de Cornell University met een graad in wiskunde, ging hij van 1978 tot 1982 naar de University of California, Irvine School of Medicine. Maar toen bleek een overdosis röntgenstraling, een einde te hebben gemaakt aan zijn medische carrière. Hij pakte deze gebeurtenis op als een voorteken en richtte zich op de invloed van Elektro-magnetische straling op de gezondheid/welzijn van mens en natuur..
De afgelopen achtendertig jaar was hij onderzoeker, adviseur en docent over de effecten van elektromagnetische straling op de gezondheid en het milieu, en beoefende hij verschillende geneeswijzen. Wil je meer lezen over Arthur Firstenberg en de meest prangende vragen/info rondom EMS, dan klik je voor een artikel hier op de site HIER.
Ben je geïnteresseerd in dit
uitermate toegankelijke, prettig leesbare boek?
Klik HIER of op de cover
voor een link naar Succesboeken
* * *
Voorwoord uit het boek
Ooit vertegenwoordigde de regenboog die na een storm aan de hemel te zien was, alle kleuren die er bestonden. Dat was hoe onze aarde was geschapen. We hebben een dikke laag lucht boven ons die de hogere ultraviolette straling absorbeert, samen met alle röntgenstralen en gammastralen uit de ruimte. De meeste van de langere golven, die we vandaag gebruiken voor radiocommunicatie, ontbraken vroeger. Of beter gezegd, ze waren er in zeer nietige hoeveelheden. Zij kwamen tot ons vanaf de zon en de sterren, maar met energieën die een biljoen maal zwakker waren dan het licht dat ook uit de hemel kwam.
Deze kosmische radiogolven waren zo zwak dat ze onzichtbaar zouden zijn geweest, en daarom hebben levende wezens nooit organen ontwikkeld die ze konden zien. De nog langere golven, de pulsaties met een lage frequentie die door de bliksem worden afgegeven, zijn ook onzichtbaar. Als de bliksem flitst, wordt de lucht er even mee gevuld, maar ze zijn in een oogwenk bijna verdwenen; hun echo, die over de hele wereld weerkaatst, is ruwweg tien miljard keer zwakker dan het licht van de zon. Ook hiervoor hebben we nooit organen ontwikkeld om dit te zien..!
Maar ons lichaam weet dat deze kleuren er zijn.
De energie van onze cellen die fluisteren in het radiofrequentiebereik is miniem, maar noodzakelijk voor het leven. Elke gedachte, elke beweging die wij maken omringt ons met laagfrequente pulsaties, fluisteringen die voor het eerst werden ontdekt in 1875 en ook noodzakelijk zijn voor het leven. De elektriciteit die wij vandaag gebruiken, de substantie die wij zonder nadenken door draden sturen en door de lucht zenden, werd rond 1700 geïdentificeerd als een eigenschap van het leven.
Pas later leerden wetenschappers het te gebruiken om levenloze materie in beweging te brengen, en negeerden zij − omdat de effecten niet zichtbaar waren − de gevolgen ervan. Het omringt ons vandaag, in al zijn kleuren, met intensiteiten die wedijveren met het licht van de zon, maar we kunnen het nog steeds niet zintuiglijk waarnemen omdat het niet aanwezig was bij de oorsprong van het leven.
Vandaag de dag leven we omringd door een aantal verwoestende ziekten, ziekten die hier niet thuishoren, waarvan we de herkomst niet kennen, en waarvan we de aanwezigheid als zo vanzelfsprekend beschouwen dat we er niet langer vraagtekens bij plaatsen.
De vergeten vitaliteit..
Hoe het voelt om zonder deze ziekten door het leven te gaan is een staat van vitaliteit die we helemaal vergeten zijn.
Angststoornissen, waar een zesde van de mensheid aan lijdt, bestonden niet voor 1860, toen telegraafkabels de aarde voor het eerst omsloten. In de medische literatuur van voor 1866 wordt er geen enkele vermelding van gemaakt.
De griep, in haar huidige vorm, werd uitgevonden in 1889, samen met wisselstroom. De griep is permanent aanwezig in onze levens, en voor velen zo vertrouwd als een oude bekende; zo alledaags dat we vergeten zijn dat het niet altijd zo geweest is. Veel van de artsen die in 1889 hun handen vol hadden aan de ziekte, hadden daarvoor nog nooit een ziektegeval gezien.
Voor 1860, was diabetes zo zeldzaam dat er weinig artsen waren die meer dan één of twee patiënten tegenkwamen gedurende hun carrière. Ook deze ziekte is sterk veranderd van aard: diabetici waren in vroeger tijden uitgemergeld. Mensen met obesitas kregen de ziekte nooit.
Hartziekte was toentertijd de vijfentwintigste op de lijst met meest voorkomende doodsoorzaken, na verdrinkingsdood. Het was een ziekte die slechts oude mensen en kleine kinderen trof. Het was zeer ongebruikelijk voor ieder ander buiten die groepen om aan een hartziekte te lijden.
Kanker was ook buitengewoon zeldzaam.
Zelfs het roken van tabak, in de tijden waarin er geen elektriciteit was, veroorzaakte geen longkanker…
Dit zijn beschavingsziekten, die we ook onze dieren- en plantenburen hebben aangedaan, ziekten waar we mee leven omdat we weigeren om de kracht die we bruikbaar hebben gemaakt te herkennen voor wat zij is. De netfrequentie van 50 Hz in de bedrading van ons huis, de ultrasonische frequenties in onze computers, de radiogolven in onze tv’s, de microgolven in onze mobiele telefoons, dit zijn slechts vervormingen van de onzichtbare regenboog die door onze aderen stroomt en ons in leven houdt. Dat zijn we vergeten. Het wordt tijd dat we het ons herinneren.